24 juni 2020

Vliet

Het beste medicijn voor m'n pijnlijke rug is volgens mij nog altijd een potje zwemmen. Maar ik ben allergisch voor chloor dus het zwembad is voor mij gesloten. Ik ben bang voor kwallen en muien dus de zee is ook niet ideaal. Elk jaar kom ik doodziek thuis uit de Vlietlanden door de blauwalg en het is trouwens ook te ver weg - van fietsen krijg ik nou juist rugpijn. Bleef over om me tussen de honderden kinderen in de Vliet te laten zakken en ergens tussen de waterplanten en de vaargeul in m'n baantje te trekken. Vies natuurlijk, spannend met al die boten, en ik voelde me voor gek staan als enige persoon boven de tien jaar in een zwempak, en nog met een zwembrilletje ook. Maar ik was wel weer blij met de fijnste manier van bewegen die er bestaat, op vliegen na.

21 juni 2020

We kunnen weer naar België


Na een slechte nacht en met flinke rugpijn aarzelde ik om naar Maillen te gaan, maar ik wist al dat ik het mezelf niet zou vergeven als ik thuis zou blijven. Waar de pijn heus niet minder is. Gelukkig kwam ik in alle vroegte een buurman tegen die me wel even een handje wilde helpen om de vleugel op de auto te tillen - Peters gordijnen waren nog dicht. Het ouwewijvenkussentje tegen de rugleuning helpt ook enorm. Zo stond ik al om elf uur op te bouwen, zonder overdreven steken. Het duurde nog tot na enen voordat dragonfly en startkegel het veld op draaiden, maar ondertussen was de lucht alsmaag mooier geworden dus ook dat was geen probleem. Ik had wel even een fittie met Tom omdat hij de dolly opeisde waar ik de hele ochtend mee had lopen zeulen maar gelukkig kwam net op dat moment Klaartje aan met de andere dolly. Het is ook lastig uit te leggen dat ik bijna niet vijftig meter ingehaakt met m'n vleugel kan lopen.
De sleep verliep niet slecht alleen werd ik ergens willekeurig afgezwaaid zodat ik tweehonderd meter verloor met zoeken naar termiek, die ik vervolgens niet goed te pakken kreeg. Binnen tien minuten stond ik met een goeie landing weer op de grond. Zonder pijn, op dat moment, en vroeg in de middag, en dus zonder echte vlucht op zo'n mooie dag, dus de drang om terug naar de start te sjouwen en nog een keer te starten was groot. Maar verstandig als ik tegenwoordig probeer te zijn besloot ik toch maar in te pakken en m'n tante bij Leuven te bezoeken. Ik hielp nog een paar mensen starten, gaf Tom een virtuele knuffel en kwam precies tegen etenstijd bij tante aan. Groente en kruiden uit de tuin in de tuin, helemaal zalig. Op de langste dag werd het pas net donker toen ik de straat in reed, waar Peter gelukkig nog op was om me weer met m'n vleugel te helpen.
Ik betaal met een dag huisarrest wegens best wel erge pijn maar het was het weer waard. Vooral omdat ik meteen een weekje vliegvakantie met de toffe broers Jan en Marc heb afgesproken. I love it when a plan comes together.

14 juni 2020

Via Groningen en Limburg gewoon terug naar huis

Na een hele dag twijfelen en uiteindelijk niet vliegen - foute beslissing en waarom in godsnaam? - rij ik met m'n hele handeltje weer 280 kilometer terug. Ik vraag me af of ik het maximale wel uit m'n leven haal. Sinds de dag dat ik door m'n partner bij het vuilnis werd gedumpt voel ik me oud. Sindsdien is het me nog niet gelukt te accepteren dat ik ouder word, met fysieke gebreken en overgang en al. Ik blijf proberen te ontkennen en te bestrijden, en m'n lijf blijft pijn doen om me te doen inzien dat het onvermijdelijke toch echt ook mij gebeurt.
Echt gelukkig wordt ik van buiten zijn, genieten van natuur en activiteit, hard werken en beloond worden met een mooi uitzicht en de voldoening iets gedáán te hebben. Vliegen, zwemmen, fietsen, flink doorstappen, peddelen het maakt me allemaal intens gelukkig. Maar niet alleen weigert het lichaam, ook de natuur brokkelt zichtbaar af. Probeer dan maar eens om niet te somberen.
Focus op de fijne dingen! Precies tegelijk met Rinus op het vliegveld aankomen. Er is verder niemand en we drinken een biertje in de avondzon terwijl er een haas over het veld huppelt. 's Ochtends wakkergefloten door de vogels, stiekem een hete douche en met Emiel en Rinus vliegverhalen uit de ouwe doos ophalen. Op dat moment maakte ik wel m'n fout: ik besloot net dat het waarschijnlijk vroeg zou gaan regenen en waaien en ik deed de regenzak om m'n vleugel, toen Martin aan kwam en hij en Emiel gauw opbouwden om nog voor het onweer een startje te doen. Ik had me er mee verzoend om niet zelf te vliegen. Ik mocht een rondje met Rinus mee achterin de dragonfly, en zHarry en Ans kwamen op bezoek, en ik kon af en toe de dolly ophalen, dus het was toch geen vergooide dag. Maar het weer werd al beter en beter en uiteindelijk had ik natuurlijk gewoon alsnog op kunnen bouwen en vliegen.
In plaats daarvan reed ik voor het eerst sinds corona naar Limburg om bij m'n moeder te logeren en zondagochtend een wandeling te maken. Als ik thuis was gebleven had ik me waarschijnlijk een mes in m'n rug gefietst.