28 september 2013

Heel Stadskanaal voor mij alleen



Het donkergroen van de dragonfly steekt prachtig af tegen het felle wit van de wolken op de horizon, en de pastelkleuren van het landschap onder de inversie. De sleep is ontspannen, de lucht is lekker fris. Rinus zwaait me af boven een groeiend wolkje, op bijna 1300 meter, en terwijl ik naar het westen glij zie ik mijn schaduw in een mooie halo onder me meeglijden. Rinus cirkelt vrolijk rond de wolk, maar ik voel totaal geen piep dus ik koers rechtstreeks naar een volgend plukje, tussen twee grotere cumuls in. Tegen de tijd dat ik er aan kom is het tot een volwassen cumulus uitgegroeid, ik glij er precies onderdoor maar ondanks de onstuimige groei voel ik nog steeds geen lift. Ik ga een beetje dwars op de wind, in de richting van grote pasgemaaide, vrij aangestroomde, landingsterreinen want na de turbulente landing van vanmorgen wil ik niet meer naar het vliegveld.
Ondanks vier, vijf, landbouwmachines in actie piept er nog steeds niks, pas als ik al onder de tweehonderd meter zit, en laat ik voor de verandering nou eens verstandig zijn en op tijd aan een nette landing beginnen. Ik focus op het punt waar ik wil staan, draai nog een driezestig en een ruime bocht voor ik op final ga, trek zo hard mogelijk aan en kom keurig dichtbij het hek aan de grond.
Nadat ik heerlijk in de warme herfstzon heb ingepakt, met de boer gebabbeld en naar de roofvogels gekeken, pikt Martijn me op en nog vóór drie uur zijn we alweer op weg naar huis.
Wat een fantastisch einde van mijn vijfenveertigste!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten