Ik trek enorm veel bekijks met m’n geSUP, zeker langs het
Rijn en Schiekanaal waar ontzettend veel mensen langs wandelen, fietsen, op
bankjes zitten. Het is ook wel een stom gezicht iemand die met een omgekeerde
oversized peddel zich zigzaggend probeert staande te houden op een veel te
brede surfboard. Toen ik het Cameron voor het eerst zag doen kreeg ik de slappe
lach, het ziet er zo suf uit en dat voor zo’n sportheld. Maar het is helemaal
verrukkellijk. 8 km/2 uur in de zon, de limiet zit ‘m alleen maar in m’n tenen die
na een uurtje behoorlijk beginnen af te sterven en na twee uur echt morsdood
zijn – helaas zonder de bijbehorende gevoelloosheid. Het komt niet door de kou
denk ik want in Australiƫ heb ik er ook altijd last van. Maar geen pijnlijke
pezen, geen steken in m’n rug, en oververhit raak je er ook niet van.
Ik sta stabiel genoeg om een beetje om me heen te kijken, en
er waren nu maar weinig boten die me op de knieƫn dwongen. Twee keer durfde ik
te blijven staan maar dat waren dan ook schuiten met vriendelijke schippers die
heel langzaam langsvoeren zodat er geen grote golven achteraan kwamen.
Bij de Hoornbrug zwommen twee futen met ieder een kuiken. De
ene nam het kuiken op de rug, de ander dook onder zonder zich om het kleintje
druk te maken. Even verderop toeterde een eend haar kroost van zes, zeven
kuikens bij elkaar, net een ouderwetse schooljuf.