Toru |
Als ik ga zitten wachten tot het bot heel zeker dik aan elkaar is gegroeid of tot het geen pijn meer doet, dan kan ik wel weer een heel seizoen overslaan. Plus het is pasen dus Neumagen, tradities zijn er om in ere te houden. En de meteo zag er voor zondag ook nog eens helemaal perfect uit: wel een oostenwindje maar heel zacht, wel termisch maar met vroege bewolking niet te heftig. Ideaal voor als je niet zeker weet of je uberhaupt wel kan sturen met een slap handje. En ik moest toch de Fun weer eens uitlaten, en ik heb twee weken geleden m'n chute gepakt.
Ik was net klaar met opbouwen dus ik ging nog even op de start kijken hoe het vroegere piloten verging. Een meisje liet ons allemaal naar adem happen toen ze vrij scheef het vlonder afliep, maar ze kwam ermee weg. Alleen vloog ze met haar enkeldoekertje en bijna geen wind of termiek naar links, terwijl het landingsterrein toch echt rechtsaf ligt. Buiten het enorme veld waar we ruim terecht kunnen is er ook helemaal niks. Alleen maar wijnranken, een snelweg, de Moesel, bomen. Een stuk verderop een paar sportvelden waar 's ochtends iemand z'n Gecko had neergezet, maar het meisje vloog dus de andere kant op. Het was onduidelijk of ze in paniek was, of ze termiek zocht, het was totaal onduidelijk waar ze mee bezig was en ze reageerde niet op de steeds paniekeriger commando's in de radio's maar ze bleef maar van het veld wegdraaien. We overwogen om alvast een ambulance te bellen want dit kon niet goed aflopen. Maar dat deed het dus wel. Ze pletterde a la Katherina met een felle nose-in op de enige vierkante meter gras en liep weg met een paar blauwe plekken. Ongelooflijk, feestelijk dat ze het er zo goed vanaf bracht, maar wij hadden allemaal het hart in de keel en weinig zin om te starten.
Toen ik gekalmeerd was waagde ik het er toch maar op en op het einde van de riggel vond ik zowaar een bel. Samen met drie roofvogels draaide ik heel langzaam tot een meter of honderd, honderdvijftig boven de kam. Een van de vogels liet zich steeds met gestrekte klauwen en dreigend bolle vleugels zien maar hij/zij viel niet aan. Toch verloor ik na de vijfde keer dat we elkaar tegenkwamen m'n concentratie en dus de bel. Samen met Ube en Jurgen die het onder mij niet goed te pakken kregen keerde ik naar het landingsterrein voor een uitstekende maar kletsnatte landing. Het veld bleek meer moeras dan weiland en ik heb net pas de modder van m'n rits geboend.
Toru en Minoru namen me mee naar boven voor een tweede start, maar die zakte ik direct uit, voor een iets drogere landing. Bij het afbouwen maakte ik kennis met Sayan, het meisje dat zichzelf zo raar in de nesten had gewerkt. Het was haar pas zesde vlucht ever, ze had niet-vliegzaken aan haar hoofd gehad, ze had moeite om een bocht naar rechts te maken zei ze en we bedachten dat leren vliegen gewoon best heftig is waardoor je soms kortsluiting in je kop kan krijgen. Hopelijk neemt ze mijn raad aan en blijft ze heel lang binnen haar comfortzone vliegen, om pas een snellere vleugel te nemen als ze consequent met twee vingers in haar neus start en landt. Had ik het maar gedaan.