Verschillen tussen soorten mensen blijven altijd fascinerend. Is het omdat het parapenters zijn, of omdat het Nederlanders zijn, of omdat het mannen zijn? Ze zijn in ieder geval enorm vol van zichzelf, forceren zichzelf op de rest van de wereld, iedereen die niet vol belangstellling voor hùn uiterst bijzondere ervaringen is, is een eikel. Vanmorgen bouwden een stuk of vijf parapenters hun hoogte pal boven de camping af (altijd al verboden hier vanwege de crashes tussen de tenten en zeker na de dodelijke botsing een paar jaar geleden), een aantal vond het ook nodig om om half zeven ’s ochtends zo hard mogelijk te brullen hoe bijzonder het was. Goh, wij deltisten, doen dit spelletje al een jaar of twintig, nou we zijn wel onder de indruk van jouw speciale vluchtje hoor… ergerlijk!
Met Ropje had ik het gisteren weer over verschillen in leerstrategieën van mannen en vrouwen. Mannen zijn gericht op kracht, en leren door trial and error. Vrouwen focussen op techniek, en zijn perfectionistisch. Aangezien ik een man ben (he Rishma) heb ik altijd geprobeerd me met kracht te redden, en helaas daar heb ik toch te weinig van. Bovendien ben ik wel degelijk perfectionistisch, en dan ook nog vreselijk onhandig met elke vorm van techniek en motoriek, dus de frustratie was vanaf het begin al ingebouwd. Jammer, maar goed nu na vijftien jaar buikschuivers ga ik het dan toch goedmaken.
We hadden het over Ellen, een enthousiaste en stoere nieuwe piloot. Geweldig, dat enthousiasme en die stoerigheid, hopelijk trapt ze daardoor niet in dezelfde valkuilen als ik. Te hard willen, te veel pijn en angst negeren, foutjes accepteren omdat je hoger verder langer wil. Ik zal haar het artikel van Helen MacKerral sturen, dat beschreef precies waar ons soort vrouwen (de vliegende soort) zich kan vergissen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten