Jaren en jaren vliegen, tig wedstrijden, ik besteed al m’n geld en al m’n tijd aan vliegen en nog zak ik elke dag uit. Ik word er moedeloos van. Letterlijk, ik sta op de start zonder zenuwen zonder gretigheid het maakt allemaal niet uit. Of ik vlieg of niet, wanneer, of ik omhoog draai of meteen land. De teleurstelling voorbij. En waar ik liters tranen vergoten heb uit frustratie, om de onbereikbaarheid van m’n doelen, ben ik hol nou ik geen doelen meer heb.
Ik ga er maar steeds vanuit dat het wel weer terugkomt, dat ik ooit stop met tollen van de klap. Maar inmiddels heeft het niet echt meer met Koos te maken. Ik dacht dat ik een type ben om nooit op te geven. Nou ja, ik ga maar gewoon door the motions, ik zou niks anders weten dus ik laad m’n vleugel op de bus, trek m’n harnas aan, loop van de berg af en drink een biertje. En heb nog een hoop lol ook met alle flirts en grappen en verhalen.
Een deel van het probleem is angst, ik ben heel veel banger geworden dan ik een paar jaar geleden was. Geen idee hoe dat komt, ik schrik al als er iemand vijftig meter naast me draait. Het hielp niet om gisteren Alphons te zien die bijna Robbie aanvloog, toen ik even later zelf in de lucht was met een hele gaggle vrijvliegers besefte ik heel goed dat de meesten van hen weinig ervaring hebben en misschien ook weinig controle. Daarbij opgeteld m’n bovenmatige belangstelling voor grote landingsterreinen met een windzak, en ik draaide op 1700 meter gewoon naar de andere kant in plaats van het eerste keerpunt.
Vandaag Aspres, weer een dag. En ondanks m’n gemiep heb ik toch wel weer grote zin om in de lucht te hangen.
Wat kun je toch mooi schrijven. Het raakte me.
BeantwoordenVerwijderenEs