Geen vliegen, behoorlijk vreselijk. Maar ter compensatie wel een ouderwets gezellige koninginnenach en een zonnige vrijmarkt. Ik loop trouwens enorm te strompelen, heb waarschijnlijk iets te hard getherapiet zodat ik nu spierpijn van bil tot kuit heb. Toch maar even doortherapieën in de tuin, ik heb nu de gelegenheid.
30 april 2011
29 april 2011
geen trainingsweek
Nou moe. Heb ik me de hele week afgebeuld op last van de dokter, me dagelijks laten martelen door de fysiotherapeut, me de tandjes zitten typen om m’n werk af te krijgen, me de hersens gebroken over het volstoppen van Rops kleine autootje met mijn gigantische winter-overlevingspakket, gaat het niet door! Het weer is nergens goed. In zuid-Europa regent het, in noord-Europa waait het veel te hard. Dan maar de Haagse koninginnenach vieren, want of die nou is afgeschaft of niet feest wordt het heus wel. Het zal lastiger voor m’n arme knietje zijn om met bier in de benen door de mensenmassa te slenteren dan om eens per dag vier stevige passen van een vlonder te doen, maar tja het moet maar. Vanavond proberen om het weer goed te drinken.
27 april 2011
gescheurde meniscus
Hoera ik heb de ideale fysiotherapeut gevonden. ’s Ochtends vanaf zes uur bereikbaar, continu op zoek naar een gaatje in z’n schema om mij tussendoor nog even te bekijken, en het allerbeste: ik krijg de opdracht om vooral veel te fietsen. Geweldig, geen gedwongen rust en stilzitten en nietsdoen. Bovendien heeft ie er begrip voor dat ik zaterdag weer wil vliegen. Het herstel gaat wel lang duren, maar dat hoeft het starten niet tegen te houden.
Als klap op de vuurpijl biedt Leo ook nog aan voor me te rijden met de NK, stuurt Jeff me vandaag de kortere legloops en is er geen reden thuis om ongerust in de buurt te blijven, dus ik ben weer helemaal blij.
Als klap op de vuurpijl biedt Leo ook nog aan voor me te rijden met de NK, stuurt Jeff me vandaag de kortere legloops en is er geen reden thuis om ongerust in de buurt te blijven, dus ik ben weer helemaal blij.
25 april 2011
pijn
Fuck! M’n knie doet heel erg pijn. Het soort pijn waar je een beetje misselijk van wordt. Terwijl ik liep om m’n auto op te halen bedacht ik dat ik letterlijk op m’n tanden aan het bijten was. Pijn is vervelend, maar het wordt helemaal een drama als ik morgen, of erger nog volgende week, niet kan vliegen!
M’n laatste landing was eigenlijk perfect, zo perfect dat ik er al trots op was nog voor het helemaal klaar was. Echt goed, mooie indeling, forse snelheid, ontspannen wachten op het flaremoment… en op het moment dat ik dan flarede ging ik net een klein hobbeltje in het terrein over, m’n been zwikte raar tegen de grond aan en ik struikelde de laatste halve meter alsnog. Eerst dacht ik dat ik m’n enkel verzwikt had, maar inmiddels is wel duidelijk dat het de knie is, die heeft een forse optater gehad. Ik strompel, kan niet lopen, maar misschien misschien dat die drie passen op het vlonder wel gaan, morgen.
Eigenlijk was het een superleuke dag, met uiteindelijk vijf (!) starts, twee goeie landingen en dus één perfecte. Over die buikschuivers van vanmorgen heb ik het maar niet. Ik was heel vroeg, helemaal alleen op de start vanmorgen, dus ik ging eerst de auto naar beneden brengen. Meteen kreeg ik een lift naar boven van iemand van het zweefvliegveld, het is ideaal dat de start aan een min of meer doorgaande weg ligt. Ik wachtte toch maar een beetje tot er anderen waren, helemaal in m’n piere-eentje starten vond ik nou net een stap te ver. Het had wel gekund, maar als je je vleugel niet houdt hier heb je wel een probleem.
Na de landing meteen met m’n eigen auto naar boven, direct weer opbouwen en starten, en beneden wilden Sascha en z’n maat wel die twaalf minuten wachten die ik nodig had om in te pakken. Derde start, en beneden waren Medori en Toru er ook, en die vonden het geen gek idee om nog een keer boven te kijken of het nog zou kunnen. De anderen verklaarden ons voor gek, er zaten grote gemene onweerswolken overal om ons heen, maar het was pas drie uur en die wolken konden net zo goed inzakken. Boven haastte ik me om toch maar voor een evenuteel gustfront weer op de grond te staan. Ze hadden het hek al dichtgemaakt, dat moest weer open. Medori bouwde niet op en het was ook wel tricky, maar ik gokte dat ik die vijf minuten nog wel had. Inderdaad, ik speerde naar beneden, stond minder dan vijf minuten later weer op de grond, met een vierde, mooie, landing erbij. Leuk! De sms-communicatie in het Duits verliep niet helemaal soepel, dus ik begreep dat m’n Japanse vrienden naar beneden kwamen rijden. Foutje, want inmiddels waren de wolken zichtbaar aan het inzakken en Toru had er wel zin in om een gokje te wagen. Gedrieën bouwden we op om half zeven, tegen een donkergrijze achtergrond en met een slaphangende windzak. Ik startte als eerste, moest verkeerdom landen, en dat ging dus perfect afgezien van m’n ongelukkige misstap. Medori en Toru volgden, en om half negen zaten we in het Anker aan het bier, met VIJF!!!! Starts. Mogelijk een siterecord.
Maandag
No way dat ik kan starten vandaag. Ik kan niet eens lopen, de koppeling intrappen wordt al een probleem. Bah, vandaag belooft de mooiste dag van dit lange wiekend te worden, en ik ben weer ns uitgeschakeld. Hoop niet langer dan een paar dagen. Daar word ik nou misselijk van, van de angst dat dit toch wel weer lang zou kunnen gaan duren.
M’n laatste landing was eigenlijk perfect, zo perfect dat ik er al trots op was nog voor het helemaal klaar was. Echt goed, mooie indeling, forse snelheid, ontspannen wachten op het flaremoment… en op het moment dat ik dan flarede ging ik net een klein hobbeltje in het terrein over, m’n been zwikte raar tegen de grond aan en ik struikelde de laatste halve meter alsnog. Eerst dacht ik dat ik m’n enkel verzwikt had, maar inmiddels is wel duidelijk dat het de knie is, die heeft een forse optater gehad. Ik strompel, kan niet lopen, maar misschien misschien dat die drie passen op het vlonder wel gaan, morgen.
Eigenlijk was het een superleuke dag, met uiteindelijk vijf (!) starts, twee goeie landingen en dus één perfecte. Over die buikschuivers van vanmorgen heb ik het maar niet. Ik was heel vroeg, helemaal alleen op de start vanmorgen, dus ik ging eerst de auto naar beneden brengen. Meteen kreeg ik een lift naar boven van iemand van het zweefvliegveld, het is ideaal dat de start aan een min of meer doorgaande weg ligt. Ik wachtte toch maar een beetje tot er anderen waren, helemaal in m’n piere-eentje starten vond ik nou net een stap te ver. Het had wel gekund, maar als je je vleugel niet houdt hier heb je wel een probleem.
Na de landing meteen met m’n eigen auto naar boven, direct weer opbouwen en starten, en beneden wilden Sascha en z’n maat wel die twaalf minuten wachten die ik nodig had om in te pakken. Derde start, en beneden waren Medori en Toru er ook, en die vonden het geen gek idee om nog een keer boven te kijken of het nog zou kunnen. De anderen verklaarden ons voor gek, er zaten grote gemene onweerswolken overal om ons heen, maar het was pas drie uur en die wolken konden net zo goed inzakken. Boven haastte ik me om toch maar voor een evenuteel gustfront weer op de grond te staan. Ze hadden het hek al dichtgemaakt, dat moest weer open. Medori bouwde niet op en het was ook wel tricky, maar ik gokte dat ik die vijf minuten nog wel had. Inderdaad, ik speerde naar beneden, stond minder dan vijf minuten later weer op de grond, met een vierde, mooie, landing erbij. Leuk! De sms-communicatie in het Duits verliep niet helemaal soepel, dus ik begreep dat m’n Japanse vrienden naar beneden kwamen rijden. Foutje, want inmiddels waren de wolken zichtbaar aan het inzakken en Toru had er wel zin in om een gokje te wagen. Gedrieën bouwden we op om half zeven, tegen een donkergrijze achtergrond en met een slaphangende windzak. Ik startte als eerste, moest verkeerdom landen, en dat ging dus perfect afgezien van m’n ongelukkige misstap. Medori en Toru volgden, en om half negen zaten we in het Anker aan het bier, met VIJF!!!! Starts. Mogelijk een siterecord.
Maandag
No way dat ik kan starten vandaag. Ik kan niet eens lopen, de koppeling intrappen wordt al een probleem. Bah, vandaag belooft de mooiste dag van dit lange wiekend te worden, en ik ben weer ns uitgeschakeld. Hoop niet langer dan een paar dagen. Daar word ik nou misselijk van, van de angst dat dit toch wel weer lang zou kunnen gaan duren.
24 april 2011
oostenwind
Het was wel heel lastig kiezen, Stadskanaal bood gezelligheid en Neumagen perfecte vooruitzichten. Toch maar Neumagen, drie dagen achter elkaar oostenwind en zon is teveel om te laten liggen. Eénmaal hier stond er een behoorlijke puist wind. Ik ben toch maar gestart, maar had het niet naar m’n zin in de lucht. M’n landing sloeg nergens op, ik zat een kilometer hoog en waar ik hevige sink verwachtte door de rotor van de naastgelegen heuvel, zat er vooral stijg tegen de bomenrand aan. Never mind, het veld is gigantisch en ik kon met Toru en Minoru meteen weer mee naar boven. De tweede vlucht ging perfect, ik was te ongeduldig om rechtstreeks naar het zweefvliegveld te vliegen dus ja, dan sta je daar ook inderdaad op de grond. Never mind, ik kreeg een aardige lift van een ouder echtpaar die me direct naar het landingsterrein brachten, kon nog boodschappen doen en nu staat m’n tentje op het zweefvliegveld. Zo even douchen, dan hopen dat ik m’n groente warm kan maken op iemands vuurtje, en dan lekker vroeg slapen.
S. moet mij niet en dat is wederzijds. Zij is de koningin van Neumagen, die zit niet te wachten op een single hittepetit uit Nederland die zelfstandig kan vliegen,zonder haar hulp en wijze raad. Ze voelt zich verantwoordelijk voor de stek, en dat uit zich heel Duits, in schooljuffenvermaningen en snauwen. Het soort vrouw dat voortdurend loopt te vertellen wat je moet doen, denken, laten. Beetje zoals de heks van m’n ex, ik begrijp ineens waarom die zo nodig voortdurend zich opdrong om mij te ‘helpen’. Vrouwen die ervan overtuigd zijn dat mensen hen nodig hebben, dat ze een soort ongevraagde coaches zijn.
Ze krijgt meer dan één piloot bloedzenuwachtig op de start. Eén moment je vleugel op laten tillen en ze begint te stressen dat alleen mensen met uitstekende starttechniek hier mogen starten, en of je maar vooral niet jezelf dood wil vliegen hier. Nou heb ik wel een probleem met netjes landen, maar niet met starten. Heel fijn om ook ergens zelfverzekerd over te zijn. En voor m'n landingen schaam ik me niet te erg, ik stel alleen zelf hoge eisen zodat ik met meer plezier en meer mogelijkheden kan vliegen. In tegenstelling tot veel matige landers ben ik actief en intensief bezig met verbetering. Ik zit niet te wachten op open-deur-suggesties van bijna-vreemden die me eens even precies gaan uitleggen wat ik moet doen (les nemen bij Dirk, terwijl ik nauwelijks Duits versta en een uitstekende trainer heb in Cameron; lieren, terwijl ik echt wel zelf bedacht heb dat ik meer landingen op een dag kan doen in Neumagen dan in Bruinehaar, enz. enz.).
We hebben een typische vrouwenvrede, luchtzoenen en babbeltjes. Ik heb niet zoveel last van haar aanwijzingen (haar misprijzen over mijn blote voeten, haar uitleg over vegetarisch eten, haar opmerkingen over een fatsoenlijke afwas), vind het vooral lachwekkend, en soms zelfs een beetje meelijwekkend. Ze heeft het zo goed voor, en niemand wil maar leren!
S. moet mij niet en dat is wederzijds. Zij is de koningin van Neumagen, die zit niet te wachten op een single hittepetit uit Nederland die zelfstandig kan vliegen,zonder haar hulp en wijze raad. Ze voelt zich verantwoordelijk voor de stek, en dat uit zich heel Duits, in schooljuffenvermaningen en snauwen. Het soort vrouw dat voortdurend loopt te vertellen wat je moet doen, denken, laten. Beetje zoals de heks van m’n ex, ik begrijp ineens waarom die zo nodig voortdurend zich opdrong om mij te ‘helpen’. Vrouwen die ervan overtuigd zijn dat mensen hen nodig hebben, dat ze een soort ongevraagde coaches zijn.
Ze krijgt meer dan één piloot bloedzenuwachtig op de start. Eén moment je vleugel op laten tillen en ze begint te stressen dat alleen mensen met uitstekende starttechniek hier mogen starten, en of je maar vooral niet jezelf dood wil vliegen hier. Nou heb ik wel een probleem met netjes landen, maar niet met starten. Heel fijn om ook ergens zelfverzekerd over te zijn. En voor m'n landingen schaam ik me niet te erg, ik stel alleen zelf hoge eisen zodat ik met meer plezier en meer mogelijkheden kan vliegen. In tegenstelling tot veel matige landers ben ik actief en intensief bezig met verbetering. Ik zit niet te wachten op open-deur-suggesties van bijna-vreemden die me eens even precies gaan uitleggen wat ik moet doen (les nemen bij Dirk, terwijl ik nauwelijks Duits versta en een uitstekende trainer heb in Cameron; lieren, terwijl ik echt wel zelf bedacht heb dat ik meer landingen op een dag kan doen in Neumagen dan in Bruinehaar, enz. enz.).
We hebben een typische vrouwenvrede, luchtzoenen en babbeltjes. Ik heb niet zoveel last van haar aanwijzingen (haar misprijzen over mijn blote voeten, haar uitleg over vegetarisch eten, haar opmerkingen over een fatsoenlijke afwas), vind het vooral lachwekkend, en soms zelfs een beetje meelijwekkend. Ze heeft het zo goed voor, en niemand wil maar leren!
19 april 2011
fietsen
totaal unrelated topic maar dit vind ik toch wel een leuke site http://www.ski-epic.com/amsterdam_bicycles/
Voor ons is het allemaal super normaal, maar het is grappig om Nederlanders door de ogen van een buitenlander te zien (Andrew thanks for finding this one)
Voor ons is het allemaal super normaal, maar het is grappig om Nederlanders door de ogen van een buitenlander te zien (Andrew thanks for finding this one)
18 april 2011
Neumagen
Eén van de bijzonderste aspecten van het vliegen is niet eens de geweldige vriendschappen die er kunnen groeien doordat je intense ervaringen deelt met mensen die dezelfde passie hebben, maar eigenlijk meer nog de vergaande solidariteit tussen mensen die elkaar niet of nauwelijks kennen. Concurrerende piloten tijdens een wedstrijd zullen elkaar doorgaans helpen. Meer dan eens heb ik gezien hoe strijdende toppiloten tot laat in de avond stonden te klussen aan een kapotte vleugel zodat ze het de volgende dag weer tegen elkaar op konden nemen. Piloten die verliezen van een piloot die zonder hun hulp niet eens had kunnen meedoen. Honderden keren heb ik meegemaakt dat we elkaar adviseren, over techniek, tactiek, materiaal, meteo of een mooie stek.
Zaterdagochtend waren we al ruim voorbij Luik toen Gijs zich realiseerde dat hij z’n bottombar was vergeten. Binnen een half uur had ik zo’n tien mensen gebeld en ge-smst waarvan ik hoopte dat ze misschien in de buurt zouden kunnen zijn, en nog voor we de Duitse grens over waren was het geregeld. Ropje bood z’n litespeed aan voor zaterdag, Tom die in Oostenrijk zat stuurde me het nummer van Rudy, die op zondag wel een reservebar mee kon nemen. Prachtig!
Op de start hoef je maar aan te komen en er grijpt iemand je voorkabels voor een hangcheck. Als het winderig is komt er nog wel iemand bij om als kabelhulp op te treden. Op het landingsveld maakt iedereen die naar boven rijdt een rondje, wie wil er meerijden om z’n auto op te halen of nog een keer te vliegen? De twaalf minuten naar boven zijn een gezellige mogelijkheid om te babbelen, vlieghistorie uit te wisselen, facebooklinks te leggen. Volgende keer bel je maar om te horen of de wind er goed op staat.
Het weer viel wat tegen, maar we konden wel starten dus voor mij was het eigenlijk ideaal. Landingen oefenen, zes keer in twee dagen. Het lukt maar niet en de blauwe plekken en schaafwonden schrijnen, maar Gijs heeft twee landingen gefilmd en na de laatste gaf Joost een aanwijzing waar ik nog plezier van ga hebben. Daar kan ik mee vooruit, en de hele nacht klom ik dromend in m’n uprights en voelde ik het flaremoment. Volgende week verder.s
Zaterdagochtend waren we al ruim voorbij Luik toen Gijs zich realiseerde dat hij z’n bottombar was vergeten. Binnen een half uur had ik zo’n tien mensen gebeld en ge-smst waarvan ik hoopte dat ze misschien in de buurt zouden kunnen zijn, en nog voor we de Duitse grens over waren was het geregeld. Ropje bood z’n litespeed aan voor zaterdag, Tom die in Oostenrijk zat stuurde me het nummer van Rudy, die op zondag wel een reservebar mee kon nemen. Prachtig!
Op de start hoef je maar aan te komen en er grijpt iemand je voorkabels voor een hangcheck. Als het winderig is komt er nog wel iemand bij om als kabelhulp op te treden. Op het landingsveld maakt iedereen die naar boven rijdt een rondje, wie wil er meerijden om z’n auto op te halen of nog een keer te vliegen? De twaalf minuten naar boven zijn een gezellige mogelijkheid om te babbelen, vlieghistorie uit te wisselen, facebooklinks te leggen. Volgende keer bel je maar om te horen of de wind er goed op staat.
Het weer viel wat tegen, maar we konden wel starten dus voor mij was het eigenlijk ideaal. Landingen oefenen, zes keer in twee dagen. Het lukt maar niet en de blauwe plekken en schaafwonden schrijnen, maar Gijs heeft twee landingen gefilmd en na de laatste gaf Joost een aanwijzing waar ik nog plezier van ga hebben. Daar kan ik mee vooruit, en de hele nacht klom ik dromend in m’n uprights en voelde ik het flaremoment. Volgende week verder.s
13 april 2011
chauffeur gezocht
Het NK-slepen komt er weer aan, dus ik ga maar weer ns op zoek naar chauffeur(s). Wie heeft er zin, of kent iemand die zin heeft, om een dag of meerdere dagen retrieve te rijden?
De NK zijn 2 t/m 5 juni op luchtmachtbasis Deelen, bij Arnhem. We kamperen op Terlet, vlakbij
De chauffeur is ’s middags op het veld en kan daar kijken naar het starten van de deelnemers, altijd een spannend evenement. Als ik wegkom (dus termiek vind en op koers ga, zodat ik niet meer terug op het startveld zal landen) geef ik dat per radio door. De chauffeur kan dan mijn auto pakken en achter me aan rijden, of rustig wachten tot ie m’n sms krijgt met m’n landingscoördinaten (of tot iemand anders uit mijn team geland is). Voor de chauffeur is het een soort speurtocht, met grote dankbaarheid en een pizza als beloning.
Normaal gesproken rijden we eerst terug naar het veld om de score uit te laten lezen. Daarna gaan we met wat medepiloten eten, misschien nog een biertje op het terras van Terlet en dan vroeg de tent in.
Het grootste risico is dat je voor niks komt, of uren in rotweer zit te wachten, als het weer te slecht is om te vliegen maar de vooruitzichten wel goed zijn (bij slechte vooruitzichten gaan we gewoon naar huis).
Waarom je het toch zou doen? Omdat een zeilvlieg NK-sleep fantastisch is om mee te maken. Dertig zeilvliegers worden door twee of drie ultralight vliegtuigjes naar 500 meter hoogte gesleept. Daar zijn we wel een paar uur mee bezig. De zeilvliegers koppelen zich dan los en proberen met termiek nog veel hoger te komen, om dan pas weg te vliegen naar goal. Publiek op de grond kan ze nog vrij lang volgen. Bovendien lukt het lang niet altijd om voldoende hoogte te winnen om de bossen over te steken, dus er wordt ook voortdurend op het startterrein geland, en weer opnieuw gestart.
De NK zijn 2 t/m 5 juni op luchtmachtbasis Deelen, bij Arnhem. We kamperen op Terlet, vlakbij
De chauffeur is ’s middags op het veld en kan daar kijken naar het starten van de deelnemers, altijd een spannend evenement. Als ik wegkom (dus termiek vind en op koers ga, zodat ik niet meer terug op het startveld zal landen) geef ik dat per radio door. De chauffeur kan dan mijn auto pakken en achter me aan rijden, of rustig wachten tot ie m’n sms krijgt met m’n landingscoördinaten (of tot iemand anders uit mijn team geland is). Voor de chauffeur is het een soort speurtocht, met grote dankbaarheid en een pizza als beloning.
Normaal gesproken rijden we eerst terug naar het veld om de score uit te laten lezen. Daarna gaan we met wat medepiloten eten, misschien nog een biertje op het terras van Terlet en dan vroeg de tent in.
Van retrieve auto |
Het grootste risico is dat je voor niks komt, of uren in rotweer zit te wachten, als het weer te slecht is om te vliegen maar de vooruitzichten wel goed zijn (bij slechte vooruitzichten gaan we gewoon naar huis).
Waarom je het toch zou doen? Omdat een zeilvlieg NK-sleep fantastisch is om mee te maken. Dertig zeilvliegers worden door twee of drie ultralight vliegtuigjes naar 500 meter hoogte gesleept. Daar zijn we wel een paar uur mee bezig. De zeilvliegers koppelen zich dan los en proberen met termiek nog veel hoger te komen, om dan pas weg te vliegen naar goal. Publiek op de grond kan ze nog vrij lang volgen. Bovendien lukt het lang niet altijd om voldoende hoogte te winnen om de bossen over te steken, dus er wordt ook voortdurend op het startterrein geland, en weer opnieuw gestart.
10 april 2011
Begin van het seizoen
Leuk was het, ondanks mijn totale falen bij zelfs maar één rondje termiek pakken, jeetje. Vier sleeps, elke keer voelde het harnas ietsje beter. Het doet me ook altijd goed om te slepen, zeker achter Rinus, omdat ik dan weer merk dat er iets is wat ik gelukkig wel gewoon goed kan terwijl ik daar jaren geleden verschrikkelijk veel moeite mee had.
Het was gezellig, iedereen had wel een succesje vandaag, en we zijn ook nog op een kristelijk tijdstip thuis. De buuv moest wel haar zoon bellen om te vragen of ie z’n gigantische bus voor m’n deur weg wilde halen, zodat ik m’n vleugel naar binnen kon brengen, maar zelfs dat was in tien minuutjes voor elkaar.
Het was gezellig, iedereen had wel een succesje vandaag, en we zijn ook nog op een kristelijk tijdstip thuis. De buuv moest wel haar zoon bellen om te vragen of ie z’n gigantische bus voor m’n deur weg wilde halen, zodat ik m’n vleugel naar binnen kon brengen, maar zelfs dat was in tien minuutjes voor elkaar.
Stadskanaal
Niet-vliegvrienden beklaagden ons vanwege de inspanningen die er nodig zijn om eens een stukje te kunnen vliegen. Ropje en ik haalden onze schouders op, het hoort er gewoon bij en we zijn het zo gewend, al het gesjouw en gerij en gepiel belooft wel een vlucht en misschien wel een hele mooie vlucht. Het enige wat tegenwoordig steeds lastiger is is het vroege opstaan.
Dat hadden we gisteren eigenlijk niet hoeven doen, we hebben niet gevlogen op Stadskanaal. De wind was erg hard en cross, en nog turbulent ook, dus werd het weer zo’n dagje van kletsen, een bladzijde uit m’n boek lezen (het is te gezellig), met m’n nieuwe harnas spelen. http://dfblog.mintgroen.nl/ En veel praten over mentaal vliegerschap. Het blijft het lastigste onderdeel, zelfvertrouwen en positief denken. Op slechte momenten ga je op glij en dan weet je van tevoren al “het zal wel weer niks worden” of “ik ben ook te stom om een verloren belletje terug te vinden”. Dan wordt het dus ook niks. Ik heb sinds de hulp van Jan Huijbers geen uitzakangst meer, maar ik geloof nog steeds niet echt dat ik de juiste koers kan kiezen, dat ik de liftline goed kan voelen, dat ik de bel goed kan centreren. Als het goed gaat ben ik er nog steeds van overtuigd dat het meer geluk dan wijsheid is. Het is natuurlijk ook wel een kwestie van investeren, en aandacht. Ik ben vrijwel altijd met allerlei dingen bezig die niets met m’n vlucht te maken hebben. M’n landing, m’n nieuwe harnas, bepaalde andere piloten. En ik ben niet meer vierentwintig uur per dag met vliegen bezig. De laatste jaren lijk ik me meer druk te maken om m’n werk dan om m’n sport. Dat mag, maar zonder discipline en training zal het niet vanzelf beter gaan natuurlijk. Ik moet me maar eens gaan bezinnen op m’n keuzes.
03 april 2011
lieren met de covert
Het was weer als vanouds gezellig bij de Buizerd en ondanks de harde wind waren er toch zo’n tien, twaalf piloten komen opdagen voor de eerste vliegdag van het seizoen (voor de meesten dan). Ik showde poepietrots m’n Covert en het kwam ook wel prettig uit dat Martin er was, die kon ik gelijk vragen om wat hulp met m’n nieuwe spullen.
Nu ik zonder trui en pakzak vloog paste het harnas prima, en de gesp op m’n borst biedt zo nog wel enige ruimte. Nou is het een kwestie van leren de voetplaat te gebruiken om tussen verticaal en horizontaal te switchen, en om de buttlever te bedienen voor m’n angle of dangle. Ik geloof dat het voetplaatgebeuren nog het lastigst is, ik ben zo gewend met de Tenax dat dat bijna vanzelf ging. Nou hangt m’n lierrelease ook nog ns erg laag voor m’n buik bij dit harnas, en ik heb m’n ouwe hangloop weer in het toestel gehangen zodat ik aan de hoge kant in m’n a-frame hang, dus al met al was het heel hard werken gisteren. Het duurde bij elke start lang voordat ik m’n voeten in de boot kreeg, dan was het een hele klus om voorover te duiken, en dan was ik alweer bijna boven de lier terwijl ik nog om moest schakelen. De derde keer lukte dat ook niet meer, ik was veel te moe, maar goed ik heb toch drie startjes gemaakt en het harnas wordt steeds vertrouwder. Proberen om me te concentreren op lichte termiek in de keiharde wind is wel heel lastig zolang m’n lijf nog niet vanzelf beweegt. Never mind, de komende tijd heb ik weer voldoende te oefenen.
Abonneren op:
Posts (Atom)