Trots plaatst Esther kiekjes van haar zoon, die met mijn
allereerste vleugeltje zijn eerste hoogtevluchten en mooie landingen maakt. In
het commentaar vertel ik hoe Ropje me lang geleden herinnerde aan mijn
voornemen om mezelf een carbon basebar kado te doen als ik tevreden was over m’n
landingstechniek. Dat was ik eigenlijk vergeten, net als ik helemaal niet meer
weet hoe ik landde met de Uno Piccolo waar Yan nu zo de blitz mee maakt.
Al doormijmerend realiseer ik me dat ik niet eens meer weet
waarom ik die geweldige LitespeedS met de carbon basebar eigenlijk ook alweer
heb ingeruild voor een Sting. Ik weet nog wel dat het mijn manier was om een
stap terug te doen en me op m’n landingstechniek te concentreren, maar wat was
de aanleiding ook alweer? M’n geheugen doet aan geschiedvervalsing en m’n
logboek helpt me ook niet veel. Heel ’09 zijn het best goeie vluchten, veel
goeie landingen en nergens een echte crash.
Heb ik mezelf gewoon wijs gemaakt dat ik niet kon landen? Ik
weet wel zeker dat ik inmiddels bijna niet meer geloof dat ik kan vliegen. En
de ernstigste landingscrashes waren van ná de LitespeedS, elke keer als ik
begon te ontspannen en meende dat ik werkelijk vooruitgang had geboekt.
Zoals we vijftien jaar geleden al besloten: zeilvliegen is
een denksport. Het gebeurt allemaal in je hoofd. En mijn hoofd doet rare
dingen. Was ik maar een man, dan zou ik mezelf overschatten en elke miskleun
aan de omstandigheden toeschrijven. Dan zou ik gewoon met vallen en opstaan
vooruit gaan, geloven dat ik een ervaren en goeie piloot ben en selectief de
buikschuivers vergeten.
Maar ik ben dus een vrouw, met de neiging om heel veel
aandacht te besteden aan wat ik niet
goed kan, met twijfel over de combinatie lucht, vleugel en piloot (trekt ie nou? of heb ik zijwind? of hang ik te scharen?). Ook duidelijk banger dan de meeste
mannen: de vicieuze cirkel van het bewustzijn onbekwaam zijn,
gestresste dus slechte landingen, enz.
Na die rare serie crashes waarmee ik kennelijk mezelf straf
voor de hoogmoed van het herwonnen zelfvertrouwen durf ik nu niet meer te
denken dat ik het best wel redelijk kan.
Mijn pijnlijke lijf dwingt me om te vliegen als een ouwe
vrouw. Zonder streven, zonder spanning. Misschien is dat wel de enige manier
voor mij om eindelijk de balans van zelfvertrouwen en alertheid te vinden.