23 januari 2010

moeizame thuiskomst



In Hongkong wachtte Gijs terwijl ik m’n tanden poetste enzovoort. Dat enzovoort, dat duurde kennelijk te lang want hij was verdwenen toen ik de wc uitkwam. Ook opfrissen dacht ik, dus ik maakte me geen zorgen. Ik ging goed zichtbaar bij de gate zitten met m’n computertje, vond het wel opmerkelijk dat ik ‘m niet meer zag maar never mind we keutelden iedere keer op eigen houtje over saaie vliegvelden rond. Hij had me erop gewezen dat de gate gewijzigd was dus ik wist dat ie niet verkeerd kon zitten.
Boarden verliep chaotisch en ik zat middenin m’n REMslaap-momentje, als een duffe zombie volgde ik de massa het vliegtuig in en zodra ik zat zakte ik in diep coma weg. Gijs had een stoelnummer ver voor mij, dus het was niet gek dat ik ‘m niet meer zag. Bij het uitstappen wel. Niet in de rij voor de douane. Niet bij de bagageband. Niet bij de enthousiaste ophalers waar z’n verse vriendin toch zeker zou staan. En ik vond het niks voor hem om er als een speer vandoor te gaan zonder degelijk afscheid. Zeer verontrust pakte ik na een uur toch maar de trein naar huis, en via facebook vroeg ik z’n vriendin om me te bellen. En ja hoor, vanmiddag de verlossing: Gijs is in Hongkong in slaap gevallen en heeft het vliegtuig gemist. Krijg nou wat.
Thuis trof ik een beschimmeld nat bed aan, de bovenbuurman heeft twee weken geleden een enorme lekkage gehad. Het bed ziet er zo ongeveer uit als de lucht buiten: smerig en nat en ontzettend onaantrekkelijk. Ik wil trug!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten