Hairy Karl, ik, Adriaan, Wayne, Selmsey, Donny's broer |
Het is ideaal om bovenop een startplek te wonen, maar ook
een beetje gek als je toevallig uit het raam kijkt en iemand in de storm ziet
worstelen met z’n vleugeltje, omdat je dan het gevoel hebt dat je naar buiten
moet rennen om kabelhulp te geven. Of dat je besloten hebt dat het te hard
waait gecombineerd met te weinig slaap, maar je ziet voortdurend mensen boven
Merewether hangen waardoor je toch enorm begint te twijfelen of je niet
eventjes de lucht in moet. Gelukkig redde Karl me van de aarzelingen. Tegen de
tijd dat hij me aanbood om even op z’n Fun 190 te vliegen, was de wind wat
afgezwakt. Conrad begon de Sonic op te bouwen en nadat Nicola op een verder
leeg Dixon park eindeloos had geprobeerd vanuit het noorden te landen, was ik
er klaar voor. Wel nog met Conrads aanmoediging, grappig hoe ik nog altijd een
soort kleuterjuf nodig heb bij een duinstart. Hij houdt m’n neuskabel vast,
zegt me wat ik moet doen, en z’n aanwezigheid biedt gewoon vertrouwen. Wat ook
helpt is dat je op Dicko’s aan de basebar een beetje rond kan lopen en rustig
kan beginnen te starten, het is geen randje waar je vanaf gezogen wordt zoals de
Nederlandse duinen. Ik vloog lekker een kwartiertje ofzo, beetje fris met blote
schouders en benen en veel werk, omdat de wind flink cross was moest je
voortdurend omdraaien om in het hele kleine stukje liftband te blijven. Toen
Selmsey er bij kwam besloot ik te landen, keurig op het strand voor de trap. Na
een hoop geklets, met Camo die vanaf Merewether was komen landen, en Simon en
Adriaan en Harry en Splint, en nog een vluchtje, verhuisden we met de hele bubs
naar Conrads balkon voor een mushroomburger en bier. Als ik niet zo enthousiast
begroet werd door iedereen zou ik echt vergeten dat ik negen maanden weg ben
geweest.
Doe Selmsey de groeten en bedank hem nog maar eens voor de testvlucht!
BeantwoordenVerwijderen