Nog maar één dag, en ik heb nog niet eens m’n boek uit (over de informatiehuishouding in de strafrechtketen, ok ik beken ik ben een übernerd). Tijd om de balans op te maken. Het was heerlijk. Blij dat ik twee van m’n beste vrienden weer ns uitvoerig gesproken heb. Dat ik kan zien dat het ze goed gaat, dat hun geliefde precies de goeie man is. Heerlijk om mooi weer te hebben, om helemaal niks te hoeven doen, nergens over na te hoeven denken. Ik ben waarschijnlijk zo’n vijf kilo aangekomen van alleen maar lekker eten en zitten: in de tuin, op een stoel, in de auto, in een restaurant, in de spa. Fantastisch organisch voer overal, de beste exposities, en die zon, 27 graden gok ik, verrukkellijk. Frustrerend kleine kleren op Melrose avenue, hell ze weten wel hoe je je groot en lomp kan voelen. Goeie kapper, hier is de service vanzelfsprekend. Maar ook, op St Monica blvd, daklozen die hun volgeladen winkelkar moeizaam van vuilnisbak naar vuilnisbak duwen. Winkelbediendes die wanhopig proberen je iets te verkopen omdat ze de hele dag voor nop in een lege winkel staan, ze krijgen nauwelijks uurloon. Overal ‘organic’ en ‘eco’ en ‘green’ in een stad waar je zonder auto niet kan bewegen, waar de koelkasten industriële proporties hebben, waar alle kranen lekken. Calorie-aanduidingen naast de prijs van gebak en snoepgoed. Enorme tips waar belastingbetalers denken dat ze beroofd worden door werklozen.
Het is een gek land en het zijn gekke lui. Ik loop voortdurend Europa, Australië en de VS te vergelijken. Welvarende democratische markteconomieën met een cultuur van vrijheid, gelijkheid en broederschap, maar wel drie keer met verschillende kenmerken en verschillende keuzes in de trade-offs die er onvermijdelijk zijn. Ik zou de bescherming van zwakkeren willen die we in Europa hebben, de zon en het gebrek aan vormelijkheid van Oz, en het enthousiasme en positivisme van de VS. Can’t have it all though.
Nou moe ik zit bij de gate, ruim op tijd maar dat is maar goed ook want je moet hier in Washington zo ongeveer met de paardentram naar de Dulles International Airport. In wanhoop heb ik een Marokkaanse taxi gedeeld met een Spaanse en een Argentijn op weg naar Equatoriaal Guinee, erg internationaal allemaal. Wel heerlijk om even de stad in te gaan, het was prachtig weer hier en ik heb een paar schitterende Vermeers en Rembrandts gezien in het Smithsonian. En een parade, iets met St. Patricks Day denk ik, het stikte van de Ieren maar ook soldaten en Bolivianen en porsches. Kleumende dansmariekes, blèrende luidsprekers, wuivende beauty queens en vaandelzwaaiers, heel leuk allemaal. En ik heb iets kunnen eten, dat was wel nodig want United zorgt nergens voor. Ook niet voor kussentjes trouwens, op een nachtvlucht. Voor alles wat vroeger bij de prijs was inbegrepen moet je nu bijbetalen, zelfs voor beenruimte. En dan nog zit je in een oude rammelkast waar de overhead bins volledig bezet worden door gigantische koffers (‘handbagage’) zodat ik m’n rugzakje ergens weg moet proppen waar ik liever m’n voeten had gelaten. Nou ja als ik straks op tijd thuis kom en een beetje kan slapen moet ik niet klagen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten