24 december 2011
Crackneck
O oh ik zit me hier helemaal ziek te vreten aan mierzoete chocolaatjes die ik van Cameron heb gekregen bij wijze van christmas present. Ook al weet ie dat ik me totaal niet druk maak over kerstmis, de schat voelt zich toch nog schuldig omdat ik alleen thuis ben. Maar ik zit er totaal niet mee, het was weer een mooie dag en ik wil vroeg naar bed want misschien valt er morgen nog wat te vliegen. Na het zwemmen van Ricky naar Cameron gereden, waar ik Djenghiz aantrof die de C4 van Nic huurt. Na flink heen-en-weer-georganiseer van radio’s en basebars en whatnot togen we naar Crackneck, zo geheten omdat het vee zich daar vroeger van de klif kapot liep. Heeft helemaal niks met hangglidingongelukken te maken. Ik voel me inmiddels helemaal zelfverzekerd op de kleine Fun met het apron-harnasje, dus binnen twintig minuten liep ik van de start af om heerlijk een beetje rond te dobberen tussen start en vuurtoren. Maar de wind nam ietsje af en dreigde ook wat te gaan draaien, en er waren nogal veel parapenters die elke keer voor flinke turbulentie zorgden als ze voorlangs vlogen, en ik kwam op een bepaald moment gewoon niet meer serieus boven starthoogte uit dus ik nam geen risico en koerste al na een half uurtje richting landing. Als je onder de start uitzakt kan je je mogelijk nog wel redden op een rotsplaat, maar dat is toch geen geschikt landingsterrein en bovendien kom je er na je landing niet zo makkelijk meer weg. Vandaar. De landing ging uitstekend, kan ook niet anders met een Fun. Ik zette de vleugel aan de kant, trok m’n bikini aan (daar was nog net plaats voor in dat kleine harnasje) en spetterde binnen vijf minuten na m’n landing in de golven. Helemaal goed. Toen ik afgekoeld was liftte ik terug naar de auto, haalde m’n handdoek, boek en zonnebrandsmurrie op en ging naast de vleugel zitten wachten op Camo. Glen opgehaald, vleugels ingepakt, Djenghiz naar z’n auto teruggebracht, en op naar de kroeg. Altijd weer verbijsterend hier in Australië, de ‘pub’. Het heeft echt helemaal niets van een pub, meer van een soort enorm partycentrum met een grote bar, duur en niet al te denderend buffet, grote tv-schermen overal, terrastafels-en-stoelen en vaak een paar biljarttafels. Bijzonder ongezellig in Europese ogen: fel licht, geen andere ‘aankleding’ dan bingotabellen en meestal galmend leeg. Het was wel grappig om te horen hoe Cameron Europa uit de doeken deed aan Glen: over piepkleine caféetjes, fantastische bergen, formele kleding en overal campings. En natuurlijk de budgysmugglers. Aussies zijn bijna bang voor strakke zwembroeken of onderbroeken voor mannen, ze worden er extreem kinderachtig van. Allemaal behalve Camo, een Aussie met een open mind.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten