Zo super enerverend vandaag van pure verzadiging praat ik
alleen nog maar Nederlands en Engels door elkaar. Damon, Kathryn en ik wilden
een potje zwemmen vanmorgen. Er was nog niemand in het water, volgens Damon
omdat het middenin de week is. Toen we een meter of dertig de zee in waren kwam
een meneer in een kayak ons waarschuwen dat hij zes grote bullsharks gezien
had. We draaiden ons lacherig om en waar het water maar tot onze knieën kwam
zeiden we tegen elkaar: “we blijven wel hier poedelen dan”. Gek genoeg liepen
we toch door naar het strand. Damon liep twee meter achter ons en ik draaide me
naar hem om, en toen zag ik de vin, precies op de plek waar we een paar
seconden geleden nog dachten dat we veilig zouden zijn. De haai kwam naar boven
en bleef bijna een minuut stil hangen op minder dan tien meter van ons vandaan.
Daarna zwom ie parallel aan het strand rustig weg en zakte hij langzaam onder
water, en na een paar minuten was ie uit beeld. Ik ga nooit meer de oceaan in.
Nadat we met ijskoffie en gebak bekomen waren van de schrik
reden we met z’n allen naar boven. Minder dan 10 knopen, te weinig voor ons en
zelfs voor de parapenters, maar wel lekker rustig opbouwen en we babbelden wat
met een lokale piloot die net een nieuwe F2 had. Toen we de parapents hoog
boven het duin zagen startten we, en de daaropvolgende vier uur waren puur
zaligheid. Starten, omhoog wapperen, bar aan de knieën en een fijn zoevende
bocht maken, met een noodgang het zand in duiken en dan zonder ooit de bar los
te laten meteen doorlopen om weer te starten. Vijf, zes keer, net zo lang tot m’n
schouder het echt niet meer deed. Tussendoor vloog ik twee keer zo’n vijftien kilometer
naar het zuiden, aldoor in het water kijkend om de haaien te zien. Ik zag
alleen één hele grote die door het oppervlak brak, een kleinere die misschien
niet eens een haai was maar die wel z’n vin boven het water uitstak, en een grote
rog. Er rijden 4-wheel-drives over het strand af en aan, soms zo veel dat je er
niet zou kunnen landen. Ik durfde niet helemaal door te vliegen naar Double
Point Island en de terugweg was pijnlijk, maar ik bleef maar giechelen. Tegen
een uur of vier waren we allemaal volstrekt gelukkig en nu zitten we na te
genieten door alle fotoos en filmpjes uit te wisselen terwijl Kathryn ons
guacomole en mais voert.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten