Vandaag geen vliegavonturen, er was echt helemaal niks te
beleven. De pijn in m’n arm was overtuigend om vliegen niet eens te overwegen
en het weer zag er ook niet goed uit dus ik bood Mario en Fleming aan om hen
naar de start te rijden als ze geen alternatief hadden. Flemings vrouw doet dan
de retrieve want zij durft de berg niet op. Daar moest ik haar achteraf wel
gelijk in geven. De Belgen gingen naar Aspres, omrijden via Veynes vanwege een
wegopbreking, bovenop de berg was het zoals gewoonlijk koud en grijs en saai en
toen het beste startmoment van de dag kwam gingen ze een taak zetten. Daarna
startte nog niemand en uiteindelijk was ik zo moe en verhongerd dat ik toch nog
vertrok voordat Mario van de berg af was. En die berg is toch wel hoog en de weg is shocking slecht en lang dus ik moest voortdurend sturen en schakelen in Mario's roestbak, net dingen die nogal pijnlijk zijn met een frozen shoulder. Gelukkig hielden de banden het en zat er nog net genoeg benzine in de tank om Laragne te halen. Ondertussen was Ropjes groep op de
vis geland dus die hebben hun gedroomde buitenlanding nu ook gedaan. En Frits
is op en neer naar St Hilaire geweest om een nieuwe zijkabel te halen. Het
heeft hier een beetje geregend en morgen zal het waarschijnlijk nog meer
regenen, dus dan blijf ik de hele dag in m’n tent.
31 mei 2017
30 mei 2017
Fijn kort vluchtje
De één z’n dood is de ander z’n brood: Frits z’n toestel moet
worden gerepareerd en tot die tijd kan ik met de groep mee naar boven. André
hielp me dragen en we waren zo goed op tijd dat ik m’n favoriete ring had, die
precies bovenaan het vlonder. Tom werd er nerveus van maar ik start sowieso
altijd snel en vandaag, met een voorspelling van vroege westenwind, helemaal.
Direct na m’n start werd mij even goed duidelijk gemaakt dat je af en toe
kracht nodig hebt, ik werd naar de berg gezet en het kostte akelig veel moeite
om weer weg te draaien. Ik bleef dus flink ver van de helling zodat het nogal
lang duurde voor ik een goeie kern vond, maar die vond ik wel en ik draaide
lekker snel naar 2500. Niemand startte terwijl het window al open was dus ik
loerde een beetje verontrust rond om te zien of er misschien iets aan de hand
was. Lenticularis in het westen maar niks spectaculairs, geen lamme vleugeltjes
op de helling of helikopters in de lucht, maar het voelde toch een beetje gek.
Ik verloor niet zoveel naar de Ubac, maar terug vond ik de kneiterbel niet
meer. Terwijl ik zat te eikelen knalde Arne een paar meter verderop omhoog en
ik was heel veel te traag om naar hem toe te vliegen. Toen ik eindelijk die
kant op ging was de mooie kern op dus ik pruttelde een beetje halfslachtig
terug naar de Chabre waar ik alsnog naar 2800 kwam. Daarna werden de belletjes
hard en turbulent met veel sink ertussen, dat lukte me niet met m’n lamme armpje
en het deed pijn ook. Ik liet het tweede keerpunt maar gewoon liggen en
aarzelde tussen terugvliegen naar de camping, al dan niet via St Genis, en
gewoon bij Montrond landen. Een mooie zachte bel tilde me weer omhoog maar ik
wilde eigenlijk niet meer dus ik bouwde hoogte af, gooide m’n droguechute (die
niet openging) en pletterde onzacht op m’n smoel. Geen schade, alleen een
blauwe plek op m’n scheen, dus geen ramp. Ik stuurde Bas een text met de
mededeling dat ik een uur nodig had en ja hoor, zodra ik helemaal klaar was en
naar de weg gelopen kwam hij aan. Ondertussen had ik de radio aan gezet op de
frequentie van de groep en zo hoorde ik hoe de één na de ander door Ropje, Arne
en Frans naar goal en hun personal best werd gepraat. Schitterend.
M’n arm doet goed pijn nu en ik ben ontzettend moe, alsof ik
de hele week elke dag uren gevlogen heb, maar ik ben dik tevreden. Dankzij alle
hulp en de uitstekende meteo heb ik al veel meer kunnen vliegen dan waar ik op
durfde hopen en daarbij is het een gezellige groep. Jeff heeft me een lekkere
massage gegeven en Niek heeft voor me gekookt – niks te wensen over.
28 mei 2017
Ouder en wijzer
Dankzij chauffeur Bas en sjouwhulp Mario heb ik een fijn
vluchtje downwind naar Aspres gemaakt, heerlijk. Een uurtje op wolkenbasis,
lekker makkelijk, en heel gemakzuchtig op het vliegveld geland. Ik heb op dit
moment zo weinig extra pijn dat ik het morgen weer ga proberen.
Ondertussen is de groep gestart. Vooral de eerste briefing
vanmorgen was superinteressant voor mij. Ropje is positief en systematisch als
altijd, en de leerdoelen van de studenten zijn enorm herkenbaar. Soms realiseer
ik me dat ik lang geleden met dezelfde vragen worstelde en dat ik er inmiddels
overheen ben, soms herken ik de valkuilen – haast, spanning, onzekerheid – en helpt
het om erbij stil te staan waar ik zelf inmiddels ben. Vaak nog steeds bewust
onbekwaam, soms een paar stapjes vooruit.
In de navette naar boven kwam een jonge piloot met
algemeenheden over hoe het allemaal een kwestie van mentaliteit is. Ik moet
weer denken aan de enige judoprijs die ik ooit gewonnen heb, een extra prijs waarop
de judoleraar “voor de sportiefste judoka” had geschreven. Ik raak er nog
ontroerd van. Als Mario zegt dat hij geen gemotiveerder piloot kent dan mij
voel ik ongeveer hetzelfde. Een beetje trots, maar ook juist gegeneerd. Als je
met al die motivatie nog steeds zo weinig presteert voelt het niet bepaald stoer
om zo gemotiveerd te zijn.
Hoe dan ook, vandaag was lekker en terug op de camping
concludeerden we weer eens dat we dankzij het vliegen andere, betere, mensen
zijn geworden dan we zouden zijn geweest zonder deze wonderbaarlijke sport.
Gefrustreerd en geblesseerd misschien, maar ook zelfbewuster en altijd genegen
om te leren.
Abonneren op:
Posts (Atom)