De één z’n dood is de ander z’n brood: Frits z’n toestel moet
worden gerepareerd en tot die tijd kan ik met de groep mee naar boven. André
hielp me dragen en we waren zo goed op tijd dat ik m’n favoriete ring had, die
precies bovenaan het vlonder. Tom werd er nerveus van maar ik start sowieso
altijd snel en vandaag, met een voorspelling van vroege westenwind, helemaal.
Direct na m’n start werd mij even goed duidelijk gemaakt dat je af en toe
kracht nodig hebt, ik werd naar de berg gezet en het kostte akelig veel moeite
om weer weg te draaien. Ik bleef dus flink ver van de helling zodat het nogal
lang duurde voor ik een goeie kern vond, maar die vond ik wel en ik draaide
lekker snel naar 2500. Niemand startte terwijl het window al open was dus ik
loerde een beetje verontrust rond om te zien of er misschien iets aan de hand
was. Lenticularis in het westen maar niks spectaculairs, geen lamme vleugeltjes
op de helling of helikopters in de lucht, maar het voelde toch een beetje gek.
Ik verloor niet zoveel naar de Ubac, maar terug vond ik de kneiterbel niet
meer. Terwijl ik zat te eikelen knalde Arne een paar meter verderop omhoog en
ik was heel veel te traag om naar hem toe te vliegen. Toen ik eindelijk die
kant op ging was de mooie kern op dus ik pruttelde een beetje halfslachtig
terug naar de Chabre waar ik alsnog naar 2800 kwam. Daarna werden de belletjes
hard en turbulent met veel sink ertussen, dat lukte me niet met m’n lamme armpje
en het deed pijn ook. Ik liet het tweede keerpunt maar gewoon liggen en
aarzelde tussen terugvliegen naar de camping, al dan niet via St Genis, en
gewoon bij Montrond landen. Een mooie zachte bel tilde me weer omhoog maar ik
wilde eigenlijk niet meer dus ik bouwde hoogte af, gooide m’n droguechute (die
niet openging) en pletterde onzacht op m’n smoel. Geen schade, alleen een
blauwe plek op m’n scheen, dus geen ramp. Ik stuurde Bas een text met de
mededeling dat ik een uur nodig had en ja hoor, zodra ik helemaal klaar was en
naar de weg gelopen kwam hij aan. Ondertussen had ik de radio aan gezet op de
frequentie van de groep en zo hoorde ik hoe de één na de ander door Ropje, Arne
en Frans naar goal en hun personal best werd gepraat. Schitterend.
M’n arm doet goed pijn nu en ik ben ontzettend moe, alsof ik
de hele week elke dag uren gevlogen heb, maar ik ben dik tevreden. Dankzij alle
hulp en de uitstekende meteo heb ik al veel meer kunnen vliegen dan waar ik op
durfde hopen en daarbij is het een gezellige groep. Jeff heeft me een lekkere
massage gegeven en Niek heeft voor me gekookt – niks te wensen over.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten