foto Jenny Buck |
Mooi dat het slecht weer was, ideaal om Johns vleugel op te
gaan halen. John had er zelf eerder geen zin in gehad en ik heb ook gedacht dat
het een total loss was, ondanks dat z’n vleugel eigenlijk niet beschadigd was
in de boomlanding. Maar wel moeilijk te bereiken, moeilijk te vinden, moeilijk
uit de hoge smalle bomen te halen en onmogelijk naar boven te sjouwen.
Desondanks koos ik voor de vleugel in plaats van een duo met Luca want ik had
wel zin in een avontuur. Ik liep voorop omdat ik de enige was die wist waar hij
hing, de anderen met bijlen en zagen achter me aan. Vanaf het moment dat we de
vleugel gevonden hadden probeerde ik nog heel even om mee te denken over de
beste manier om ‘m naar beneden te krijgen, maar het was snel duidelijk dat
Tony de leiding nam en ik kon toch niks doen met m’n arm. Nadat Tony en John al
een kwartier bezig waren geweest om bomen om te hakken kwamen de anderen, en
werd het echt interessant. Grant, Andy, en Tony wilden alledrie de leiding,
Dan, Becky, Justin en nog een paar mensen wilden ook graag een belangrijke
bijdrage leveren. Ik bleef met Andy toekijken, het heeft geen zin om me in de
mêlee te mengen en ik vond het wel grappig om te zien hoe het ging. Heel erg
goed, met slimme oplossingen voor lastige problemen zoals hoe krijg je een
delta van zo’n tien, twaalf meter naar beneden zonder de leading edges of de
tips te beschadigen? Bedrijven betalen grote bedragen voor
teamontwikkelingsdagen als dit.
Ondertussen keek John steeds blijer uit z’n ogen naarmate
duidelijker werd dat het zou gaan lukken. Ik weet niet hoe lang het kostte,
maar de mannen hakten en zaagden zo’n vijftien boompjes om en lieten de vleugel
met grottouwen en half omgezaagde bomen naar de grond zakken, waar hij werd
opgevangen en ingepakt door zeker tien mensen. Grant en Dan droegen ‘m terug
naar de weg, achter mij aan, en éénmaal boven deden we een korte debriefing
over wat je zou moeten doen als je achteruit zo’n dal ingeblazen wordt.
Omdraaien en downwind naar een betere landingsplaats zoeken, en ja dat weet ik
eigenlijk wel maar ik weet niet zeker of ik het ook zou durven. Liever maar
helemaal nooit in zo’n situatie komen.
We genoten nog zeker een uur bij de auto’s van Jenny’s
koekjes, het uitzicht en onze prestatie en Johns blije gezicht. De vleugel is
nauwelijks beschadigd, in principe zou hij er met één plakkertje zo mee weg
kunnen vliegen.
Daarna met m’n vriendjes mee naar hun zwembad, een pizza in
het hotel en toen ik dacht dat ik naar huis moest lopen kwam Alessandro me
halen. Ik heb het goed.