23 juni 2017

Perugia



Terwijl ik me gisteren een weg richting MteCucco klunsde bedacht ik leuke teksten over m’n pech en dommigheid, maar inmiddels ben ik het eigenlijk allemaal vergeten. Hoe je met een katertje door de Gotthard bijna in slaap wordt gehypnotiseerd door 17 kilometer strepen. Hoe het Italiaanse verkeer toch echt anders, drukker en sneller is dan de rest van Europa. Hoe ik na een middagdutje in de schaduw bijna vloeibaar was geworden van de hitte. Hoe ik het voor elkaar kreeg om die éne servicepomp te kiezen nadat ik twee uur in een gruwelijke file naast een varkenstruck had gestaan, waar ik ondanks dat ik zelf tankte toch een kwartje per liter extra moest betalen. Hoe m’n tomtom er helemaal niks van snapt hier in Italië en me voortdurend het bos in probeert te sturen. Hoe ik zat te eikelen voordat ik besloot om naar een camping te gaan, gewoon omdat ik éénmaal in m’n auto in een soort robot verander en pas kan stoppen als ik m’n bestemming heb bereikt. En natuurlijk koos ik voor een gruwelijke caravancamping aan de kust onder Rimini, vol met luide Italianen en barbecuerook en zonder een meter gras. Maar ik sliep wel meteen en ik had gelukkig bij aankomst al (heel veel) betaald zodat ik kort na zevenen al weg kon. Eerst een koffie en om half tien liep ik al over de camping, waar overigens geen delta te bekennen was. Meteen door naar het hostel dus, waar Alessandro me begroette alsof ik een verdwenen vriendin was, leuk. Gordon was er en terwijl we zaten te kletsen kwamen er meer aan, inmiddels is Sigillo vol Britten. Op de start stond een veel te harde wind dus de hele meute vervoegde zich in de uitspanning even verderop. Na een paar uur bijkletsen probeerden we het opnieuw maar afgezien van de locals had niemand er trek in. Met Gary, Tony en Andy eindigde mijn dag aan het zwembad van Albarosa en in Villa Anita, waar sowieso iedereen altijd eindigt. M’n schouder voelt goed dus hopelijk is de meteo morgen wat aangenamer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten