Foei! Ik moet me diep schamen en dat doe ik dan ook. Plus m’n
straf is wat pijnlijke ribben en een kapotte broek. Terechte straf en ik moet
natuurlijk juichen omdat het allemaal weer met een sisser afloopt. We startten
vanmorgen op Asomada, net als de dag van m’n ongeluk met weinig wind en met
dezelfde vleugel als toen. Het goeie landingsterrein is nog steeds best ver.
Francoise tilde m’n vleugel naar de startplek, en begeleidde me alsof ik een
student met net een week vliegervaring was. Zo lief. M’n start was perfect, ik
maakte wat slagen in de termiek voor de pukkel rechts maar uiteindelijk verloor
ik toch hoogte, en halverwege de berg leek het me een fijn plan om maar vast
richting landingsterrein te draaien. Dat was een pietsie overdreven, ik moest
nog vijf S-en maken om hoogte te verliezen, en met een klein huppeltje landde
ik best wel heel aardig.
Het was zonnig (ik ben flink verbrand, ruim 22 graden), Alex
was er en Aleksandra en Clement kwamen snel en kort daarna een hoop
wedstrijdpiloten die eruit zakten. Nog voor half drie reden we opnieuw naar
boven voor een tweede start, en deze keer had ik er alleen maar gigantisch veel
zin in, zonder zenuwen. Foutje. Er was geen wind meer en Francoise raadde me af
om te starten, maar ik voelde me superwoman (zei ze) en ik was erg tevreden met
m’n geduld waarmee ik op een zuchtje wind wachtte. Ik startte nog heel goed
ook. Alleen na vijf passen hield het een beetje op, ik viel op m’n buik, gleed
over de keien en duwde twintig meter verderop dan maar uit om tot stilstand te
komen. Er was niks kapot en m’n rib is misschien maar een heel klein beetje
gekneusd, de rits en de gespen van m’n harnas en m’n kniebrace flink versleten,
dus het viel weer mee. Alleen schaam ik me dus diep want tjonge wat was dit
dom.
Een douche en een biertje verder durf ik de anderen weer onder
ogen te komen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten