Manfred Ruhmer |
Fredo, Nico, Bruno, Christoph |
Asomada |
Sinds het franse team mij vijftien jaar geleden adopteerde ben ik gewend om het dommerdje in de groep te zijn. Ik spreek voldoende frans om mezelf verstaanbaar te maken, maar ik kan gesprekken niet, en tot mij gerichte zinnen nauwelijks, volgen. Dus ik zit in het busje of aan tafel met het geluid van de fransen om me heen, maar ik doe geen moeite om mee te doen. Grappig genoeg voelt het geborgen, alsof ik een peuter ben en zonder eigen wil achter m’n maatjes aan sjok. Ik besluit niet mee naar welke start we rijden of waar we gaan eten, ik vraag alleen hoe laat ik klaar moet zijn en of we nog gaan zwemmen. Dat laatste is elk jaar een teleurstelling want in de wedstrijdweek komen we nauwelijks aan zwemmen toe, al helemaal niet ’s ochtends. Ik zou natuurlijk zelf de auto kunnen pakken maar dat is dan weer teveel moeite.
Gisteren had Johnny m’n vleugel al klaargelegd op Asomada, ooit m’n favoriete Lanzarotesite maar na m’n ongeluk en een keer een slechte start toch niet meer zo. Zonde van alle hulp want ik moest m’n harnas en vleugel weer terug naar het busje sjouwen, en sinds er aan het begin van de top een ketting over de weg hangt is dat een heel eind. Maar ik was na twee slechte nachten te moe om te vliegen, de wind was zwak en cross en ik had flinke spierpijn in m’n dijen nadat ik zondagochtend naar Laan van NOI was geglibberd met dertig kilo aan bagage op m’n nek. Zonde van een vliegkans maar ik durfde het gewoon niet aan. Daarmee wordt het een lege dag want na het begroeten van een paar dozijn vliegvriendjes en het helpen starten van iedereen die nauwelijks starthulp nodig had bleef er de rest van de dag niks anders te doen dan kletsen met Jean-Yves en een beetje proberen te lezen in l’Etranger van Camus. Gelukkig bleef de taak heel lokaal zodat we niet het halve eiland over hoefden om piloten op te pikken. Ik kon lekker in het zonnetje op het landingsterrein zitten lezen en af en toe op kijken om mensen te zien landen. Gary, Blay sr en Blay jr. Manfred is niet zo ziek als vorig jaar en hij straalt trots met z’n gloednieuwe vleugel die inderdaad erg fraai is. Maar Roland straalde meer want die won de dag.
Ik was zo compleet afgedraaid dat ik middenin het avondeten opstond, m’n spullen afwaste en naar bed ging. Dat hielp maar een beetje want opnieuw lag ik uren wakker. Toch houdt vandaag niks me meer tegen om in elk geval een hopje te maken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten