Alweer een nieuwe eigenaar, deze keer heeft August de
camping echt verkocht. Aan Nicola, een jonge gast die zich de tandjes werkt
maar die weinig affiniteit met zeilvliegen heeft. En er zijn er steeds minder,
dus vroeger of later gaat ook hij proberen om andere gasten aan te trekken. Gezinnen,
parapentisten, camperpensionado’s en arbeidsmigranten. De campers zijn het
ergst. Ik heb een plekje tussen de stacaravans gezocht, bovenop een wespennest
ontdek ik zojuist, naast de twee ouwe knarren wiens namen ik altijd vergeet
maar die altijd aardig en behulpzaam zijn en in onverstaanbaar rap Frans
biertjes aanbieden. Ik ben blij dat ik verhuisd ben van de mooie, ruime en
koele camping op Le Chevalet naar Laragne. Aspres is ook leuk en het zou zeker gezellig
worden met Phil en een grote groep Franse deltisten waar ik al een lift van
kreeg, maar ik vond het toch te eenzaam daar. En te koud. Ik werd wel meteen
meegetroond naar het vliegveld van Serres voor een dinertje met Jacques Bot, de
fanatiekste piloot van Frankrijk. Jacques had zichzelf vorige week in de nesten
gewerkt, hij kwam te laag vast te zitten in een dal waar hij het liefst
rechtsom uit wilde vliegen, maar daar was verboden airspace, dus hij vloog
linksom maar daar bleek nog een richel achter te zitten en slechte lucht. De
dalen waar ie doorheen zonk waren extreem smal en stijl, met dichtbegroeide
hellingen en op de bodem kolkende riviertjes. Hij wist dat ie z’n chute moest
gooien en maakte zich klaar boven een huis, waar de mensen hem gelukkig zagen,
waarna hij rechtstandig met z’n voeten naar beneden (hij vloog een Swift) tien
meter boven de grond in de bomen bleef hangen. De communicatie met de
Italiaanse reddingsdiensten verliep vervolgens dramatisch, niemand sprak een
woord over de grens en ze begrepen ook niet dat hij rechtstreeks met de
helikopter wilde communiceren. Uiteindelijk haalden ze hem toch naar beneden
waarna Phil hem ophaalde, zodat ze nu dikke vrienden zijn. En Jacques aan z’n
vierde leven kan beginnen. Hij is in Greifenburg bij de preworlds getumbled met
z’n rigid, een gruwelijke ervaring vertelde hij, het tumblen zelf was extreem
heftig en snel en beangstigend.
Vanmorgen bleek de voorspelde mistral toch nog niet te
waaien vandaag, dus ik ging op zoek naar een lift. Twee verse Nederlandse
piloten wilden wel een gids langs alle landings- en startplekken, en in ruil
sjouwden ze m’n vleugel naar de start. Superdeluxe! Het stond mudjevol op de
lage noord en ik startte als vierde of vijfde, na een tandem die heel langzaam
omhoog draaide. In dezelfde bel kwam ik uiteindelijk toch verder dan hij, met 1800
meter ruim voldoende om de camping te bereiken. Ik voelde me eigenlijk fit
genoeg om nog wat meer te vliegen, maar ik neem tegenwoordig geen enkel risico
meer en bovendien was me er best veel aan gelegen om op de camping te landen.
Het scheelt al gauw twee uur en bovendien had ik geen pakzak voor m’n harnas bij
me. Ik maakte een mooie landing en terwijl ik m’n harnas naar de rand van het
veld bracht werd m’n vleugel door Daniel opgehaald. Alweer superdeluxe! Ik voel
me een prinses op de erwt maar ik ben er wel heel erg blij mee, al die hulp
spaart mijn rug en daardoor zal ik morgen weer kunnen vliegen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten