31 juli 2022

Franse Open



 

Eerste dag van de Franse Open in Aspres, vanaf de Chabre vandaag en waarschijnlijk de hele week. Dus iedere dag twee maal drie kwartier extra rijden en vooral: niet naast m’n tent landen. Maar we vliegen tenminste, gisteren was het knoerharde mistral dus Akira en ik besloten te gaan wandelen/zwemmen/boodschappen doen. Alleen vergat ik m’n wandelstokken en zonder die dingen kan ik echt geen steile gravelhellingen meer af. We probeerden het een stukje bij Montclus tot aan de pentagonale toren maar terug moest ik echt op m’n hurken naar beneden glijden. Dan maar zwemmen, verrukkelijk, lekker in het plan d’eau Riou tussen Chabre en St Genis in. Toen ik daar ontdekte dat m’n geslepen zonnebril uit elkaar was gevallen reden we snel naar Laragne, waar de opticien me meteen en voor niks hielp zodat het ding weer vijfentwintig jaar mee kan.

Vannacht sliep ik slecht en ik twijfelde steeds of ik uberhaupt wel mee moest gaan vandaag, met de voorspelde noordenwind en m’n ape-armpjes. Maar wat er in m’n hoofd allemaal aan twijfelen gebeurt maakt niks uit voor m’n acties. Op volle automaat spring ik kwart voor zeven onder de douche, leg ik m’n spullen klaar en laden we de auto op en nog voor twaalf uur stond ik klaar om zowel noord als zuid te kunnen starten. Nog voor elf uur hadden we de eerste dustdevil al gehad die Christians vleugel beschadigde, en de windzak wapperde alle kanten op. Het leek me wel een goed plan om zo vroeg mogelijk te starten, dus meteen na de briefing holde ik de berg af. Scheef, want ze hadden de startrij precies boven een struik gelegd zodat ik wat vuile wind kreeg. Of ik deed het zelf niet helemaal goed. Of de wind was nog niet overtuigend noord. Hoe dan ook, het was even spannend maar ik kwam goed weg en vond meteen een fantastische bel die me met enthousiast gejuich van m’n vario naar wolkenbasis bracht. Alleen gebruik ik op de Fun geen hoogtemeter en er was ons uitdrukkelijk gezegd het luchtruim in acht te nemen, dus op zo’n twee keer berghoogte verliet ik die heerlijke bel. Om daarna eigenlijk niks fijns meer te vinden, alleen maar gepruttel en turbulentie. Ik voelde m’n armen ook goed dus ik vond het wel weer mooi voor vandaag, en vanaf starthoogte cirkelde ik naar de camping voor een lelijke buikschuiver omdat alle windzakken een andere richting uit wezen en bovendien steeds alle kanten op bleven draaien.

Louis en Francois, de vaste Laragneclub, waren net geland en ze droegen m’n spullen naar de schaduw. De rest van de middag brachten we gezellig met z’n allen op het terras door, turend naar onze schermpjes met de livetracks van de wedstrijd, en tegen vijf uur naar de lucht om David, Christian, Andy en Jean-Marc binnen te zien komen. En Tao en Akira zodat ik dus niet hoefde te rijden. En nog een hele hoop dus het was weer een feest, totdat ik om zeven uur volledig gaar gekookt en enorm hongerig ineens ongeduldig werd. Uiteindelijk zit ik om negen uur gedoucht en gevoed klaar om bijna naar bed te gaan dus het valt nog mee.

28 juli 2022

La Longeagne


 

Het werd veel te gezellig gisteravond met Shaun en Phil en ons stoute voornemen om het Langer Report opnieuw op te starten. Toen Akira verscheen vanmorgen was ik dus nogal brak, en om het nog erger te maken stond er ook nog eens een puist wind waardoor ik twijfelde of ik uberhaupt wel zou moeten starten met m’n enkeldoekertje. De Zwitsers pakten in maar tja, die komen hier veel vaker. Damiens vader en oom, altijd even aardig. Ray was er ook, inmiddels heeft ie z’n rug gebroken na een val van het dak, maar hij rijdt nog altijd parapenters rond. Ze hadden het net over mij gehad zei hij. We waren met de FFVL-auto met Jean-Louis en Alain en chauffeur Guy naar boven gereden, maar goed ook want de weg is nu zo slecht dat ik er nog niet met een lege auto op wil. Maar goed met al die luxe van vervoer en hulp enzo leek het me bijna immoreel om niet te vliegen, dus ik startte. Uitstekend, en ik draaide ook hard omhoog, maar zoals elke keer deze weken verloor ik de bel halverwege en daarmee krijste het sinkalarm in m’n oor dat ik zelfs Jezus-rechts misschien niet zou halen. Veel te spannend. Met hier en daar toch een piepje dobberde ik richting vliegveld, maar lange tijd zag het er naar uit dat ik op het veldje beneden aan de overkant van de weg zou moeten landen. Te doen met een Fun maar geen prettig vooruitzicht met die keiharde wind. Laag midden voor de noord-zuidbaan vond ik de verlossende bel, maar ik kwam toch weer niet tot cloudbase en toen ik begon te steken richting Serres was het weer één en al sink en tegenwind. Ik besloot gewoon naar beneden te draaien voor een veilige landing op het vliegveld, maar ik had ondertussen wel ape-armen en het gevoel dat ik veel te weinig controle had en het was ook echt wel turbulent en de windzakken wezen alle kanten op. Zo begon ik veel te hoog op final en ik schoot de hele oost-westbaan over. Ik zag dat er twee mannen naar me keken dus ik probeerde zo snel als ik kon naar de afbouwplek te lopen, maar ik was totaal kapot. Nicola kwam me helpen, nadat ie me op m’n lazer gaf voor m’n overshoot. Volkomen terecht maar ik kon niet eens antwoorden zo moe was ik.

De anderen vlogen rigid en topless en voor de wedstrijd was het wel een fantastische dag denk ik. We zagen Manfred landen, Franz, Jacques, Patrice. Akira kwam binnen met een perfecte landing. Ondertussen was de lucht 7/8 bedekt met spannende wolken en zojuist begon het al te druppelen. Morgen onweer en overmorgen harde noordenwind, dat wordt veel lezen.

27 juli 2022

Rustdag

 


De camping van de Chevalet is een stuk fijner dan die van Laragne maar het meertje van Veynes haalt het niet bij het plan d’eau de Riou. Veel te klein, en vies warm water. Ik voel me als een goudvis in een te kleine kom, en dan moet je ook nog tussen de waterfietsen en SUPpers slalommen. Na drie rondjes begon ik nog niet moe te worden maar ik kon de doelloosheid niet aan. Niks demotiveert zo erg als dat. Ik zwem het liefst rond een eilandje, of de volle lengte van een serieus meer. Hetzelfde met vliegen, ik mis het wedstrijdvliegen enorm omdat ik nooit meer taken vliegen. Nu ik puur lokaal blijf is het enige spannende nog de landing en dus haast ik me bijna naar beneden. Tegelijk durf ik nog niet terug het risico te nemen van een buitenlanding, dus ondanks de verveling ga ik nog niet xc. Ik dacht eigenlijk dat ik inmiddels geaccepteerd had dat lokaal rondstuiteren op een enkeldoekertje het hoogst haalbare is voor mij, maar ik word er eigenlijk alleen maar lui van.