Ik miste een fantastische zaterdag om het huis op te ruimen en alvast de bagage klaar te zetten die donderdag snel in de auto moet. Toen ik 's middags naar de lucht keek werd ik bijna beroerd van die prachtige wolkjes, en ik dus niet in de lucht. Vanmorgen dan ook om zes uur op, spullen en Ruud en Ruuds fiets opgeladen, en snel naar Maillen. Het woei wel recht op de baan maar wel hard, vanaf de Maas over de aardappelschuur dus dat kon wel eens turbi worden. Tom zei dat er niks zat maar hij wilde me wel tot boven de wolken slepen, en inderdaad zonder al te veel luchtbeweging trok hij me helemaal naar de Maas. Ik vond het wel spannend zo ver van het veld maar we waren er nog niet en er was weinig reden om los te willen gooien. Hij vloog recht op een forse wolk af, draaide er omheen-doorheen, en op iets boven de helft naar de top vloog hij recht op die knalwitte muur af. Ik er met bonzend hart achteraan. Het was schitterend, dat groene toestelletje en de kabel als een navelstreng tussen ons in en die imposante helwitte wolk, maar ik wist niet heel zeker of hij me er niet middenin zou gaan slepen. Afijn, ik vertrouw Tom en inderdaad we vlogen net over de top waarna hij me afzwaaide. Ik voelde wat soarstijg langs de windzijde maar onvoldoende om echt op te blijven hangen, en met een paar luie grote bochten keerde ik terug naar het veld.
Bobo vond dat ik het toch echt nog een keer moest proberen dus om een uur of vier haakte ik weer aan. Het slepen was weer probleemloos (volgens Tom donderde hij bijna stallend uit de lucht maar daar merkte ik niks van, ik had alleen wel de kabel een paar keer erg slap hangen dus dan bereid je je voor op een enorme ruk naar boven) maar eenmaal los vond ik het allemaal toch wel heftig eigenlijk. Ik besloot opnieuw met wat grote luie bochten richting landing te gaan, maar deze keer begon het te piepen dus ik draaide maar in. Het ging niet hard omhoog maar wel overal. Of ik nou linksom draaide, rechtsom, of tegen de wind in rechtuit stak, ik bleef stijgen. Tot de twee motorvliegtuigjes onder me vertrokken waren en ik toch wel moeie armen had. Ik vloog net zolang tegen de wind in tot er niks meer piepte, bereidde me voor op een flink aangetrokken landing (voor mijn doen dan) en dat was maar goed ook want het was behoorlijk heftig aan de grond. Maar wat een mooie dag! Ruud zat al klaar met een biertje, hij was ook dik tevreden met een schitterende fietstocht en een fijne Waalse lunch. Nog voor negen uur waren we thuis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten