31 mei 2009

Neumagen

Shit geen internet, nou wordt het wel erg saai. Het is niet vliegbaar, veel te harde vlagerige wind. De wolken zien er prachtig uit maar vermoedelijk is het hier en daar flink turbulent ook, ik zie onderkanten van cumuls die weinig uitnodigend zijn.
Het kostte vanmorgen nogal moeite om mezelf te motiveren. Een lang wiekend voor de boeg, prachtig weer voorspeld, oostelijke wind. Dat wordt natuurlijk Neumagen of Dudelange, allebei ver rijden zo op m’n eentje en zonder vooruitzicht om bekenden te treffen. Her en der door het dorp zie ik wel Belgische en Duitse auto’s met vleugels, maar ik heb nog geen bekend gezicht gezien. Ik lees een beetje op de camping, hoop dat het vanavond nog rustiger wordt zodat ik een avondvluchtje kan maken. Ik probeer niet als een berg op te zien tegen het ophalen van m’n auto, maar ik herinner me nog wel dat het een heel lang stuk lopen is en dat er ’s avonds niet veel verkeer meer langskomt.

Om half zes gestart, verdorie ik leek wel een dronken eend zoals ik van dat vlonder afwaggelde. Toch weer teveel haast, ik probeer me niet te laten beïnvloeden door aardige mensen die rustig aan m’n kabels staan te wachten tot ik er klaar voor ben, maar ik blijf het lastig vinden dat ik op me laat wachten. De landing was ook al geen feest, natuurlijk was er net heel weinig wind toen ik binnenkwam en stond ie ook dwars op het vrij kleine veldje. Ik kwam in heuphoog gras terecht en vernaggelde m’n gloednieuwe dildo, en ik heb ook nog een winkelhaak in m’n droguechute. Balen! Maar ertussenin was het wel weer een feest. Een uurtje getermiekt met zo’n vijftien anderen, goed geoefend om ook linksom te draaien en door te werken zolang er nog mensen boven me zitten.

Op de start kwam ik Tom tegen met een klasje, leuk om te zien. Hij heeft het razend druk dus er is nog hoop voor de sport. Een Nederlands meisje kreeg haar eerste (tandem)vlucht, dikke kans dat ik haar nog naar hem heb verwezen. Ze bleef maar zeggen dat ze helemaal niks begreep, niks wist, niet wist wat ze moest leren en vragen. Ik heb haar uitgelegd dat het één grote informatie-overload is, zeker de eerste jaren, en dat ze er maar gewoon van moet genieten. Dingen leren komt later wel.
Nou vroeg naar bed. M’n enige gezelschap is een oud Belgisch echtpaar, heel vriendelijke mensen maar ze zijn duidelijk helemaal uitgepraat.

Een echte Duitse camping, alles keurig aangeharkt, poort op slot op de uren dat je binnen dient te blijven, hutjemutjevol caravans, een douche die na vijf minuten geen druppel water meer geeft en overal briefjes met vermaningen. En dan toch nog een hoop herrie en een rotte aardappelenlucht. En geen internet, dus ik ben dwars door de wijnvelden naar het zweefvliegveld gecrosst. De lucht ziet er slecht uit, een dik wolkendek. Ik ben ook niet fit, overal pijntjes en kwalen en dan natuurlijk ook nog kapotte spullen. Dat zal dan wel een superdag worden.

23 mei 2009

NK sleep uitgezakt

Vannacht erg weinig geslapen, vanmorgen ex-stress en ik moest nog een geheel nieuwe – overigens keigoeie – chauffeur uitleg geven. Dat zijn dan de enige excuses die ik kan verzinnen, waarom maak ik dezelfde fout toch weer en weer en nog een keer. Ik weet het zelfs, op het moment dat ik te vroeg, te laag, uit een belletje vertrek omdat ik afgeleid word door de anderen om me heen. Ik weet het, NIET DOEN! en toch steek ik door. Een kilometer of twee van het veld stond ik middenin een groot veld met hoog gras en mul zand, lekker zwaar om helemaal terug te sjouwen naar de weg. Gelukkig was Hakse, m’n chauffeur, er meteen en in minder dan een half uur stond ik alweer op te bouwen op het vliegveld. Nog even de chute terugproppen, een keertje diep adem halen, en hups weer met de bar aan m’n knieën een goeie bel in. Eigenlijk zag de lucht er nog beter uit en bovendien was het allemaal voor mij alleen dus het leek me de gelegenheid om nu dan wel goed te vliegen. Ik stak pas onder m’n wolk weg op dik 1100 meter, en het leek eigenlijk zo slecht nog niet. In de verte zag ik Harrie draaien die al terugkwam van het eerste keerpunt, ik twijfelde of ik naar hem toe moest of dat het net iets te ver zou zijn. Ik koos voor een dikke wolk die meer op m’n koers lag, en inderdaad piepte ik nog heel rustigjes omhoog naar 700 meter. Maar daarna was het ook wel helemaal over. Vette sink en in no time stond ik weer aan de grond, met rugwind en in hoog gras ditmaal dus met de vleugel in m’n nek. Terwijl ik inpakte zag ik Gijs boven mijn landingsterrein langzaam omhoog draaien en terug op het veld bleken er genoeg goal te hebben om er een duizend-punten-dag van te maken.
Ik vóél me niet alleen stom, ik ben het ook echt. Ik moet me toch echt beter concentreren en geduld oefenen. Morgen laatste dag.

22 mei 2009

NK sleep regen

Hangdagje vandaag. Eerst uitgebreid de meteo bestudeerd, vleugel opgebouwd, in de hangar, uit de hangar, toch maar weer in de hangar, opnieuw eruit. Met tussenpozen van minder dan twee uiterst vliegbare uren stortten er regen hagel en pikzwarte wolken over ons uit. Je komt niet aan lezen toe omdat je staat te kletsen, hoopt dat de zooi snel voorbij trekt, de briefing is uitgesteld tot over een half uur enzovoort enzovoort. ’s Avonds een verhitte discussie over veiligheid en regels. Het begint me te dagen dat er een soort clusters zijn van zienswijzen en opvattingen. Mensen die vinden dat je regels moet stellen, gevaarlijke dingen verbieden en allerlei zaken verplicht moet stellen uit naam van de veiligheid, praten ook vaak in morele termen: wie heeft ‘schuld’ aan een ongeluk, gewetenskwesties, en ‘de’ oorzaak van iemands dood ligt meestal bij iets wat verboden of juist verplicht zou moeten zijn. De andere benadering gaat juist uit van verantwoordelijkheid, gedrag beïnvloeden en autonome piloten informeren en instrueren. Ik ben verrassing verrassing van de voorlichtingskant. Geef mensen de gelegenheid om geïnformeerde keuzen te maken, maar laat de keuze dan ook aan hen. Individuen mogen zelf bepalen welke risico’s ze nemen, hoe groot die risico’s zijn, waarom ze dat doen en als er ongelukken gebeuren is dat afschuwelijk maar het hoort er wel bij. Het hoort bij de vrijheid en het hoort bij het leven. Niemands schuld, wel de verantwoordelijkheid van de piloot zelf.
Het blijft altijd een lastig dilemma want niet iedereen is even goed geïnformeerd, het leed van een ongeluk strekt zich ook uit buiten de piloot, en er zijn meer mensen dan hijzelf verantwoordelijk voor veilig materiaal, veilige beslissingen, elkaar attent maken op wat wel en niet veilig is. Jeetje wat een ongelooflijk lastig en ingrijpend thema. Ik gebruik maar gewoon een breukstukje, skids en een nieuwe gecertificeerde helm.

NK sleep

Op de valreep toch nog chauffeurs gevonden voor de NK, ook al is het in Stadskanaal. Even leek het er nog op dat m’n auto het niet zou doen en dat ik alweer vliegen zou missen door iets doms, maar gisterochtend om zes uur reden we toch zonder problemen naar het verre noorden. Slechte weersvoorspellingen, maar het verliep allemaal precies zoals Martin voorspelde: een trog kwam langzaam over, de termiek zette in en er ontstond een dikke grijze massa met potentiële onweerswolken. Ik stond als twaalfde in de rij, het blijft gek dat ik niet meer als vroeger een enorme haast heb om te starten, het maakt me tegenwoordig meestal heel weinig uit. Günther sleepte me onder een dikke zwarte wolk, druppels spetterden op m’n vizier. Ik overwoog af te koppelen en meteen te gaan landen vanwege de aankomende bui, maar in de richting waar we heen moesten was het nog een stuk lichter. Direct na het releasen speerde ik dus daarheen, het maakte niet uit of er termiek zat ik moest in ieder geval van het vliegveld weg waar het ieder moment kon gaan spoken. Even verderop zat stijg en ik vond het toch wel tijd worden om wat hoogte te maken, en mezelf duizelig draaiend en voortdurend naar boven kijkend wat die wolken deden dreef ik over Bourtange. Het was eigenlijk bijna niet meer verantwoord om te blijven vliegen maar ik zat zo laag dat ik binnen een paar minuten aan de grond kon staan als er echt onweer zou losbarsten. Nog een belletje lager zakte ik er dan toch uit en na een mooie landing merkte ik dat de wind inderdaad fors toenam. Ik was net helemaal ingepakt toen Rolf voor kwam rijden. Martin opgehaald, Alphons ergens opgepikt en uiteindelijk zonder regen naar bed.
Vandaag veel stratusachtige bewolking en een voorspelling van harde wind, ben benieuwd.

14 mei 2009

Sprog ruling


Having fifteen years of experience in rulemaking and influencing peoples’ behaviour, partly in the Dutch aviation authority, I’d like to put forward a few thoughts on rules that are intended to make hanggliding safer.
I wonder what exactly is meant with ‘making hanggliding safer’. We probably want less accidents in hanggliding, or less fatalities and injured people. So what do we want to change, peoples behaviour when they’re flying, the conditions people fly in, or the material they fly with? To answer that question you have to know what causes accidents and what the probability is of a particular kind of accident to occur as a consequence of one particular cause. That’s what you need scientific research for, I won’t go into the details of proper policy-relevant research here.
Since we don’t register accidents properly, there are no decent data, but I’d guess more people die or get injured in launching and landingaccidents than in tumbles and collisions. That is not to say that we shouldn’t try to prevent tumbles, but it might just be a small gain in the overall safety of hanggliding.

Suppose it’s proven that less accidents occur if sprogs are set to certain angles (this is a different thing from proving that a glider has pitch up at certain sprogsettings. Pitch up is one indicator of safety, but certainly not the only one). Also suppose we have found a certain method to measure sprogsettings (as a matter of fact, we haven’t. In the trade of rulemaking, it’s good practice not to set rules when it’s impossible to measure the norms).
But suppose we know the angle sprogs should be set to be safe, now we want pilots to set their sprogs high enough to achieve less accidents. All pilots, but it’s reasonable to think that especially competition pilots will want to turn down their sprogs, since they need speed (apart from confidence, good handling, etc). How to get them to do this?
The German DHV is convinced people only behave the way they are forced to behave. So you set norms (limits to the sprogsettings), you inspect whether pilots actually conform to those norms, and you punish those who don’t until they abide by the rules.
In government and policy sciences, this is quite an oldfashioned view. The modern idea is that you try to get people to comply spontaneously. The way to get this spontaneous behaviour is by informing people, educate them, train them. Or seduce them, by giving rewards for conforming. Or stimulate them by giving those who comply an advantage over non-compliars. Forbidding something leads to the suspicion people will try to break the rules, and you’ll end in a spiral of controlling and punishing the rulebreakers ever more severe, while those rulebreakers will behave more and more childish, not taking responsibility for their own behaviour but thinking up ways to duck the rule without getting caught. (See for example Richard Thaler, Cass Sunstein, Nudge. www.nudges.org)

Here is the fundamental issue: who is responsible for the safety of pilots? Pilots take risks, as do people in other sports. By training and certification (preferably of production processes, not of individual gliders) and the spread of information about hazards we can collectively try to decrease the risks involved in hanggliding. All this helps pilots to make decisions about the risks they are prepared to take. As long as a person is not putting another in danger, no organisation has the right to tell him what to do or not to do. Any organisation that exists to further the interests of pilots, has a responsibility to help them to decrease risks. They have no right to tell us which personal risks we may or may not take.

13 mei 2009

wedstrijden

Alweer terug uit Zuid Duitsland, de weersvooruitzichten waren naadje. Nou dringend op zoek naar een chauffeur voor de NK-sleep volgende week. Zijn er spontane aanmeldingen?

Geen taak



Ach vliegen is eigenlijk ook maar bijzaak. Ik was weer laat op start, had m’n latten nog niet eens allemaal ingestoken toen de dag al gecancelled werd. Omdat ik de eerste spetters al voelde pakte ik maar weer in, maar tegen de tijd dat we beneden waren trok het open en leek het toch nog een prima vliegdag te worden. De swifts hadden ook gewoon een taak en er werd flink vrij gevlogen, ook door het parapenteklasje. De twijfel duurde ongeveer even lang als de lunchpauze van de gondel, tegen de tijd dat we weer naar boven hadden gekund was het toch wel erg grijs. Dan maar naar de rodlbaan, met onze passen kunnen we er zo vaak als we willen in. Het werd natuurlijk pas echt opwindend toen Julia erbij kwam, zij verzon manieren om nog veel harder te gaan en uiteindelijk vlogen we in treintjes van zes of zeven knoerdhard de bochten door.
Achter alle lol weten we ook goed dat Paul vandaag begraven wordt en het komt af en toe even tussendoor in het gesprek langs. Vooral Corinna is er van onder de indruk omdat ze vorig jaar een paar keer met hem samen gevlogen heeft. Voor iedereen is het weer een reminder. Ik denk dat we daardoor nog uitbundiger probeerden het maximale uit die gekke karretjes te halen, als je geen lol hebt dan heb je niks.

Terwijl ik hier voor het hq zit te internetten hoor ik ze in het Duits overleggen. Het ziet er naar uit dat we geen taak zullen vliegen, er is alleen maar slecht weer de hele week. Dikke entry fee, lange reis, vrije dagen, afscheid van Paul gemist en sprogstress voor niks!

12 mei 2009

Tegelberg


Een typisch dagje. Om half zes bellen met Australië, om zeven uur met m’n laptopje bij het hoofdkwartier en tussendoor nog gauw even boodschappen doen, nog wat op en neer bellen en uiteindelijk kon ik me dan alsnog inschrijven. Toen ik terugkwam in het appartement vond ik Christine ongelukkig omdat ze had liggen piekeren over mijn gedoe met m’n sprogs. Het is ook wel een opgave om je aan DHV te onderwerpen, niet eens vanwege alle regels maar vooral om de sfeer: je moet vanalles, mag niks. De safetybriefing begon met een hele waslijst van verboden en straffen en zijdelingse opmerkingen waaruit blijkt dat de Duitsers er echt van overtuigd zijn dat wij niets liever willen dan ons zo snel mogelijk zo dood mogelijk te vliegen. Iedereen wil natuurlijk z’n sprogs verticaal naar beneden, iedereen probeert stiekem in de wolken te vliegen, iedereen zal expres de verkeerde kant op draaien in een bel en ook vooral de anderen lekker neppen door heel doortrapt benen buitenboord te hangen als een taak helemaal nog niet gecancelled is. Je mist een beetje het idee dat we zo’n wedstrijdje voor de lol doen, en dat de meeste meiden vooral met elkaar plezier willen hebben. We gunnen elkaar een goeie vlucht, doorgaans, maar daar durven de DHV-ers niet vanuit te gaan. Misschien is er ook wel veel meer gemenigheid in de top dan ik door heb, maar goed dan verpesten ze het toch voor zichzelf?
Als we direct na de safetybriefing gestart waren hadden we allemaal wel een leuk vluchtje gehad, maar het duurde lang voordat er een taak gezet werd. Vervolgens gaan de rigids eerst, een stuk of veertig, en dan mogen wij pas met starten beginnen als zij echt ver weg uit zicht zijn. Terecht, het is fijn dat we niet door elkaar de startcirkel ingejaagd worden, maar tja nu was de dag over toen wij klaar stonden. Toen Monique ook nog eens een misstart maakte (deze keer mankeert ze weinig, gelukkig) was het over.
Christine had wel haar vleugel mee naar boven genomen, maar besloot al snel om niet te vliegen. In plaats daarvan zorgde ze voor mij, de hele dag, super. Ik baal er wel ontzettend van dat ze zo in zo’n vliegdip zit, maar ik herken het helemaal en gelukkig neemt ze de tijd om er overheen te komen. Hans ook, die belt drie keer per dag om te checken of ze wel vliegt, en dan belt ie mij om te zeggen dat ik Christine de berg af moet helpen. Maar we zijn vriendinnen omdat we elkaar kunnen helpen niet die berg af te lopen, niet altijd.
Ik overwoog na het cancellen om naar beneden te vliegen. Ik stond ingehaakt, fit, de regen was er nog niet en ik kon in tien minuten geland zijn. Toch maar niet gedaan, het is het risico van een regenlanding niet waard. Goh wat worden we toch verstandig.

11 mei 2009

op de berg

Terwijl ik 'm braaf zag draven dacht ik vooral wat een sukkel. Ik ga vooruit.

pre womens worlds

Een halve liter alcoholvrij Duits bier is vies. Het appartement is belachelijk kitscherig en zo gruwelijk netjes dat ik me niet durf te bewegen. Ik heb eindeloos aan Vickis kop moeten zeuren om sprogsettings en die heb ik nou nog niet, dus dikke kans dat ik vanmiddag ruzie met de organisatie krijg. Maar ik ben hier, Christine is hier, en de vooruitzichten voor vliegweer zijn nog niet eens superslecht. Hier naartoe verbaasde ik me weer over dit landschap, zo ontzettend mooi. Alles vol en dik in frisgroen en bloemen, glooiend, gevarieerd, en plotseling de besneeuwde rotspieken van de Alpen op een rijtje in de verte. Terwijl ik door Füssen reed zag ik de lucht vol vleugeltjes, ik ben er.

Zondagavond
Inderdaad, ruzie met de organisatie. Ik mag niet met de wedstrijd meedoen omdat ik geen getallen heb voor m’n sprogs. Dit is bijna niet uit te leggen aan niet-vliegers, vooral niet omdat ik (net als Moyes) ervan overtuigd ben dat de Duitse regels niet ok zijn. Zij geloven heilig in getallen, regels, voorschriften en certificaten, en omdat ze zo oprecht geloven dat het de veiligheid dient zijn ze ook niet van het idee af te brengen. Ik daarentegen denk dat veiligheid veel meer verschillende facetten heeft dan alleen een goeie pitch (zelfoprichtend vermogen als de lucht me naar beneden duwt, daarvoor moeten je sprogs hoog staan). Het is voor de veiligheid ook belangrijk dat je een goeie handling hebt, en dat vraagt nou juist om niet al te hoge sprogs. Het is dus een midden, en er is niet één goed midden. Dat heeft te maken met smaak, met manier van vliegen, met het soort lucht. En dan nog is er weinig echt wetenschappelijk gemeten en onderzocht: is er een duidelijke samenhang tussen tucks en lage sprogsettings; hoeveel ongelukken waren tucks of tumbles; maakt de vg-setting nog iets uit; hoeveel botsingen met een berg of in een gaggle zijn voorkomen doordat iemand snel en fel kon sturen? Nou ja, als ik niet mee mag vliegen dan hoop ik dat ze me niet kunnen verbieden op deze stek te vliegen. Maar tja, Duitsers zijn vaak wel enorm van de verboden en regels en de DHV is de baas.
Ondertussen doet Christine ook al niet met de wedstrijd mee, ze had sinds haar ongeluk in Bassano nog niet gevlogen voor vandaag. Vandaag ging het allemaal goed, ook al is ze ontevreden over haar landing, maar ze heeft toch geen zin in de stress van een wedstrijd. Ik begreep het eerst niet omdat ik eigenlijk nauwelijks verschil zou weten tussen hier vrij vliegen of hier wedstrijd vliegen, maar ook dat is weer iets Duits. Voor haar is een wedstrijd wel degelijk een hoop stress, want het Duitse team wordt uitgebreid begeleid door de verschrikkelijke Rudl en dan nog Ecki en Regina en Charlie voor de filmopnames. En ze moeten ook vanalles, ze kunnen niet gewoon gezellig vliegen zoals ze zin hebben.
Vandaag na de prijsceremonie van de German Open in de rij voor de gondel naar boven. Er kunnen maar drie vleugels tegelijk op en het ding gaat ongeveer eens per twintig minuten naar boven, dus ik heb een uur of drie staan wachten. Toen ik eindelijk boven was kon ik m’n quickpins niet vinden, dus het zag er naar uit dat ik opnieuw niet kon vliegen. Ik twijfelde eigenlijk of ik überhaupt wel moest vliegen, met koppijn en ontzettend moe, maar jeetje het is de enige oefendag vandaag, supermooi weer met minder goeie vooruitzichten, en ik heb al zo lang niet meer gevlogen dat ik alleen al even die berg af moest om te zien of ik alles in orde heb. Touwtje hier, batterij daar. Gelukkig vond ik de quickpins uiteindelijk toch nog, en het opbouwen van de vleugel brengt me altijd helemaal in de stemming. Nadat ik Christine eraf had gegooid (doodeng want ze vertelde dat ze de vleugel niet had uitgedoekt terwijl er wel degelijk latten krom waren) hielp Connie mij weg. Mooie start, en ik hobbelde vanzelf een megabel in en draaide een beetje naar boven, maar al gauw merkte ik dat ik echt niet kon centreren. Geen concentratie. Ik waggelde nog een beetje rond en genoot van het schitterende uitzicht op de Alpen, overal rotsen en sneeuw en beneden enorme frisgroene velden vol paardebloemen, twee grote blauwe meren en een stroompje. Erg idyllisch allemaal. Toen ik er genoeg van had vloog ik naar het landingsveld maar ik zat nog erg hoog, dus ik probeerde nog even of een alleenstaand kerkje het ook echt deed, zoals de theorieboekjes zeggen. Inderdaad, terwijl ik daar aan het zoeken was knalde er een roofvogel naar boven, en samen draaiden we nog een paar honderd meter op. Uiteindelijk vond ik het toch wel genoeg en met een matige landing heb ik dan toch weer eens drie kwartier gevlogen.

08 mei 2009

inpakken

Ik zie er behoorlijk tegenop om op m’n eentje duizend kilometer te rijden morgen, maar Wouter is een cruisecontrol aan het inbouwen dus het zal wel gaan lukken. Alles op het laatste moment wel en ik ben ook nog een beetje katerig van het etentje van gisteravond, helemaal fit en uitgerust begin ik niet echt aan de wedstrijd. Twee maanden geen meter gevlogen, niet getraind, mentaal met hele andere dingen bezig geweest. Nou ja, m’n enige echte doel voor komende week is veilig vliegen met zoveel mogelijk pret. Gelukkig heb ik er een hele batterij coaches voor dus dat moet lukken. Cameron die me de mentale en strategische kneepjes bijbrengt, Jan voor de juiste focus, Ropje voor taktiek en techniek, en Christine voor het combineren van vliegen met een mensenleven.
Ik kan dinsdag niet bij de begrafenis van Paul zijn, wel maf ik vond het erg moeilijk dat het allemaal zo ver buiten m’n beleving gebeurde, nou ga ik zelf weg zodat ik ook die kans niet grijp om tot me door te laten dringen dat Paul er echt niet meer bij zal zijn. Het blijft een verslaving waar alles voor moet wijken. Te mooi om er mee te stoppen.