29 mei 2010

Knoalkup taak 1


Joehoe m’n eerste overlandje met m’n sting! Een kort maar prachtig vluchtje, en onverwacht ook. De eerste start brak m’n breukstukje, de wind was harstikke cross en vlagerig en er was no way dat ik er nog iets aan zou kunnen doen. De volgende start was de termiek erg klein en zwak, het was flink afgeschermd overal dus dat werd ‘m ook niet. Ik twijfelde of ik terug zou gaan of maar gewoon een gooi doen, Nico is er nou toch om voor me te rijden en beter wordt het vast niet. Toch terug, net het veld niet gehaald dus aan de verkeerde kant van de sloot geland met alle gesjouw van dien, en toen bleek dat er iets mis was met de motor van de dragonfly. Het leek er even op dat het echt helemaal over was voor vandaag, maar Rinus durfde het er na een proefvluchtje toch op te wagen. Eerst Ruud, dan Dees, ik mocht voor Jan en ik had precies het mooiste moment van de dag. Rinus zette me af in een lekkere bel waarmee ik zonder al te veel moeite naar 1200 draaide, en het volgende wolkje gaf me zelfs 1800 meter. De vleugel voelde goed, het landschap was prachtig, de taak was simpel (40 km met de wind mee) en ik kon mezelf een paar keer een complimentje geven omdat ik iets goed deed. Dwars op de wind en op de koers naar een veelbelovend wolkje steken, en dan inderdaad weer lift vinden. Of ik nou toch fouten ging maken of dat het weer over was kwa termiek weet ik eigenlijk niet zeker, maar 8 km voor goal moest ik toch landen. Ik stond naast een parkeerplaats aan de snelweg, maar het viel nog niet mee om de uitgang te vinden. Een hek, een brede sloot, hoog gras met brandnetels, nog een hek. Lang leve Nico en lang leve een vleugel van 5 kilo lichter!
Ropje stond op goal (al lang, Frans zou ‘m ophalen maar is ‘m kennelijk vergeten), Erik zal er niet zo ver vanaf staan en ik denk dat ik dan derdst ben vandaag. Cool.

23 mei 2010

Wiekendje Bruinehaar



De campingmevrouw is een heks en ik lag veel te warm ingepakt in m’n tentje, dus ik had een nachtmerrie over hoe zij ons gevangen had om tien dagen dwangarbeid te doen. Jamie en ik maakten twee verschrikkelijke dagen mee, maar de andere meiden waren er ook. Het was een heel verhaal, ‘meester van de zwarte toren’ sfeer maar kennelijk heb ik uit Tegelberg toch vooral het gevoel meegenomen dat we bij elkaar horen en elkaar steunen. En de houding dat ik me er wel doorheen sla.
Gisteren heb ik drie minivluchtjes gemaakt, ik was veel te brak om iets serieus voor elkaar te krijgen in de minilift met overal heftige sink. Ik ging al compleet afgedraaid naar het feestje van Rob, maakte het toch iets later en zater dan oorspronkelijk bedoeld, dus tja dan ben ik niet fit. Jammer, maar vandaag belooft een superdag te worden en ik ben nu wel uitgeslapen.

Vandaag was het topweer, alleen de wind wapperde van noord naar west en vooral precies daar tussenin. Bovendien werd er enorm ingewikkeld gestresst op de start, de sfeer werd er niet beter van en het starten ging niet soepeler ook. Maar niet getreurd, m’n fanclub kwam langs (Joyce’ kinderen dachten dat ik een fee zou zijn omdat ik kan vliegen), ik had een aardig vluchtje en twee prima landingen. Een derde start kwam er niet meer van wegens eindeloos gedoe, maar ik had Anthony zaterdag aangepraat om z’n vleugel mee te nemen en hij had ‘m ook nog opgebouwd. Rob van Rijnbach was vertrokken (toch een andere klasse hè), maar Gerard was er nog dus alles was goed om weer ns een vluchtje te maken. Arme Anthony was bloedzenuwachtig, anderhalf jaar niet meer gevlogen na z’n lierongeluk, maar de halve club probeerde hem te steunen en hij had zelf een nu-of-nooit-gevoel. Na twee keer op en neer sjouwen tussen noord- en weststart, en na bijna een kwartier ingehaakt staan wachten, had hij een uitstekende start, de mooiste vlucht van de hele dag (met Rob dan) en een superlanding. Z’n ouders en vriendin hadden gewoon een feestje, en mij kostte het wel m’n avond maar dit geeft toch wel een super voldaan gevoel. Een jongen aan wie iedereen het gunt, en dan zo’n vlucht, honderd procent de moeite waard.

17 mei 2010

Den Haag




En weer terug, morgen maar gauw aan het werk.

naar huis


Twee keer de Tegelberg opgelopen in mist en sneeuw, naar Baden gereden en weer terug voor asperges en Mama mia, en de vooruitzichten zijn nog steeds naadje pet. Ik geef het op, morgen naar huis. Die vijf dagen vakantie neem ik liever op als er gevlogen kan worden.
O nou ja, overmorgen, eerst het Spaanse feestje morgen.

Maandag
Bijna klaar om te gaan rijen, zodra Kathleen wakker is ben ik er vandoor. Dus de lucht is ineens droog en de wolken hangen hoger dan voorheen, zal je altijd zien. Nou ja, ik hoop eigenlijk wel dat ze kunnen vliegen vandaag en later, arme Claudia en Linda zijn helemaal voor niks naar Europa gekomen en Kathleen wordt er ook niet gelukkiger op zo zonder lucht. Voor mezelf heb ik de beslissing gewoon genomen, zelfs als het vliegbaar wordt is de kans klein dat ik echt serieuze mooie vluchten kan maken, en als ik nu naar huis rij heb ik vier dagen te besteden aan een vakantie ergens waar de zon schijnt.
Het is wel alweer net zo’n dilemma als bij de afweging of ik überhaupt naar de worlds zou komen. Tegen: het risico op slecht weer, de enorme kosten, organisatie door DHV en de kabelbaan. Voor: de gezelligheid, mooie vliegstek, Heather wedstrijdleider.
Nu is het vooral de solidariteit met de meiden die niet weg kunnen, en voor wie het er niet gezelliger op wordt als de een na de ander vertrekt. Maar ik moet een beetje zuinig zijn op m’n vakantiedagen, dus hups naar huis.

13 mei 2010

Veiligheid


Zeilvliegen is net het echte leven, en de zeilvliegwereld is net de echte wereld. Het is het ultieme droste-effect: in m’n werk hou ik me bezig met goed beleid maken en verantwoordelijkheden, in de georganiseerde wereld van het vliegen is het niet anders. Je kan issues benaderen als een verantwoordelijkheidskwestie: wie moet zorgdragen voor optimale veiligheid, de organisatie of de piloot? Je kan het benaderen als een beleidskwestie: hoe krijg je piloten zover dat ze zich veilig gedragen, door onveilig gedrag te verbieden en ze te straffen als ze zich er niet aan houden, of door ze voor te lichten en te wijzen op de gevaren? Je kan het benaderen als een wetenschappelijke kwestie: wat is de belangrijkste oorzaak van ongelukken, en wat zijn de precieze grenzen tussen veilig en niet-veilig? Het is ook een politieke kwestie waarin verschillende belangen tegen elkaar worden afgewogen en verschillende groepen worden beschermd: gaat het om lekker vliegen, om een eerlijke wedstrijd of om veiligheid? Moeten wedstrijdpiloten worden beschermd tegen zichzelf, of richten we ons vooral op recreatief piloten? Beginners of fabriekspiloten?
Kathleen maakt het simpel: we zijn hier om een wedstrijd te vliegen, dat doen we omdat we het leuk vinden, maar dagelijks horen we dat het om veiligheid gaat. Dat is gewoon niet waar, als je echt alleen maar veiligheid wil dan moet je niet vliegen. Bovendien: je kan honderdduizend regels opleggen aan piloten, maar vanaf het moment dat ze los zijn kan je ze niet meer controleren. Mensen kunnen in de wolken vliegen, tegen iemand aanvliegen, aerobatics doen, te langzaam landen. En nog veel meer ellende.
Eén van de redenen waarom ik oorspronkelijk mee ging doen met wedstrijden, was omdat het me een veilig gevoel gaf. Ik hoefde niet op m’n eentje te beoordelen of de omstandigheden goed waren, er waren tientallen anderen met meer ervaring en meer inzicht dan ik. Een starthulp geeft me een hangcheck. Een safetycommittee bekijkt of er voldoende landingsmogelijkheden zijn op de beoogde taak. Een weerman en een safetydirector houden voortdurend de meteo in de gaten terwijl we onze taak vliegen, en als er onweer ontwikkelt in de buurt van onze taak, krijgen we een seintje via de radio om te gaan landen. M’n team hoort via de radio hoe het mij vergaat, en waar ik misschien in de problemen kom. Veiliger dan op je eentje gaan vliegen, of met vier vrienden die net zo weinig weten als ik.
Maar sinds een jaar of twee is de cultuur omgeslagen, en willen onze overheden FAI, CIVL en DHV ineens risico’s verbieden. Let wel: ze proberen niet om ons gedrag te beïnvloeden, en te bereiken dat wij minder risico’s lopen of nemen, ze proberen letterlijk risico’s te verbieden. En dat op basis van heel beperkte kennis over die risico’s. We weten vooral wat de gevaren zijn, dus wat er op welke manier mis kan gaan. Maar een risico is een gevaar en een waarschijnlijkheid dat het ook echt mis gaat. De omvang van die waarschijnlijkheid, van die kans, is nauwelijks berekend voor de meeste bekende gevaren.
Laat staan dat iemand zich druk maakt over het effect op het gedrag van piloten, van allerlei maatregelen. Dwing fabrikanten om vleugels af te leveren met hoge sprogsettings, en veel piloten zullen de sprogs omlaag draaien omdat ze een betere handling of perfomance willen. Dwing piloten om hun sprogs weer omhoog te draaien, en wie weet wat ze gaan doen? Wegblijven bij wedstrijden, stiekem hun sprogs toch weer omlaag draaien, als blinde kippen de turbulentie invliegen omdat ze menen veilige settings te hebben?
Twee jaar geleden kregen we iedere dag les van Gerolf, en van Dennis Pagen, over de effecten van verschillende configuraties van zeilvliegers. We leerden over de logica van pitchstabiliteit en tumbles, over de afwegingen die vleugelontwerpers maken en over de zin en onzin van tuning. De CIVL kwam een paar keer langs om onze sprogsettings te meten en publiceerde de resultaten. Piloten die ontdekten dat ze wel héél erg laag zaten, of die nu begrepen dat ze hun sprogs net zo goed weg hadden kunnen halen, draaiden uit zichzelf de sprogs weer omhoog. Dat betekende helaas niet dat ze onkwetsbaar werden, maar het had wel het effect dat we allemaal beter begrepen wat een toestel doet en dat we ons bewuster werden van de afwegingen die er te maken zijn.

sjoppen


Je verliest compleet je verstand na dagen achter elkaar niet vliegen. We reden twee-en-een-half uur heen, en twee uur terug, om te gaan winkelen in een timezone outlet waar ik absoluut niks mooi vond en waar niks paste. Maar ach het was wel gezellig, we waren van de straat, en ’s avonds kwamen we allevier in onze nieuwe jeans naar de tent. Waar goeie ouwelullemuziek gedraaid werd. Lekker, ik dans alleen nog maar bij hanggliding comps, op m’n zware boots, en dan om elf uur netjes naar bed.

11 mei 2010

Föhn

Traag dagje vandaag. M’n uprights zouden ergens in de ochtend bezorgd worden dus ik kon het huis niet uit, maar de vooruitzichten waren toch waardeloos dus dat leek niet zo erg. Lekker lui lezen, kilo’s pinda’s snoepen, Kathleen aan het werk en Reinhard verdwenen. Maar het werd geen regendag maar föhn, dus prachtig zonnig met wolken waarvan je blij bent dat je er niet onder hangt, harde wind over the back. Natuurlijk zie je dan toch een enkele parapenter hangen, die lui malen nergens om, dikke kans dat ze nog een passagier bij zich hebben ook. Reinhard heeft twee rigids zien starten, in de enkele seconden dat er even geen rugwind was, het zag er allemaal nogal gruwelijk uit zegt ie.
Nadat m’n pakje bezorgd was hebben we de rest van de middag op het zweefvliegveld zitten picknicken, je kon de taak van de swifts perfect volgen en zeven van de tien landden op goal. Manfred eerst, met een paar loops natuurlijk, het blijft schitterend om die man te zien vliegen.
We zijn allemaal een beetje ongelukkig omdat we niet kunnen vliegen en het er ook slecht uitziet voor de komende dagen, maar de sfeer is toch wel goed. Misschien helpt het dat de Duitsers in de organisatie een beetje kunnen ontspannen als er niet gevlogen wordt, hoeven ze zich geen zorgen te maken.

10 mei 2010

eerste wedstrijddag


Regen regen regen. Vanochtend was het even droog, de wolken stegen net genoeg om ons allemaal de berg op te lokken en op te bouwen. Vervolgens een paar uur kleumen en kletsen, dan weer gauw inpakken en net voor het begint te gieten in de auto. De hele middag de tijd om te lezen en te koken.

09 mei 2010

Tegelberg


Het begint met ergernis en slecht weer helaas, maar toch goed want ik heb twee vluchtjes gemaakt, ik zit in een fijn appartementje met Kathleen en Rheinhard en dat gaat denk ik wel gezellig worden, en het is heerlijk om iedereen weer om de hals te vallen. De heks van m’n ex heeft eindelijk het fatsoen om op afstand te blijven dus daar hoef ik ook geen last meer van te hebben. Ik heb wel m’n vleugel terug naar boven gebracht precies tijdens de mars waar de openingsceremonie mee start, ik had er geen zin in om iemand te gaan uitleggen dat ik niet achter het bordje Niederlande wilde lopen samen met die *. Het kwam mooi uit, vleugel op de kabelbaangondel, precies op tijd terug voor het programma van zingende kindertjes, eindeloos speechende officials en oekomenische gebeden om mooi weer. Die helpen niet overigens, het regent hard nu en het zal waarschijnlijk nog meer gaan regenen.
De grootste ergernis was bij aankomst. Ik was erg moe van de reis, maar moest meteen m’n vleugel opbouwen voor de ‘meting’. Nou ben ik het sowieso niet eens met het Duitse beleid om sprogsettings te meten en piloten te dwingen om ze omhoog te draaien, het is beslist niet een goeie manier om meer veiligheid te krijgen. Maar om het nog bizarder te maken wilden ze mijn Sting meten, terwijl ik geen sprogs heb! Maar tja, op z’n Duits natuurlijk, we hebben nou eenmaal een regel opgeschreven die stelt dat iedereen gemeten moet worden, dus ook een intermediate vleugel moet gemeten. Ik maak me sterk dat ze ter plekke onderdelen moesten verzinnen om te meten.
Op de foto de scherp oplettende piloten tijdens de safety briefing en de openingstoespraken.

PS klik op live tracking hier rechts en ik ben guest 32, je kan m'n eerste vluchtje zien (kijk in 2D) ook al heeft het even geduurd voor de antenne ging werken.

06 mei 2010

vliegen bevrijdingsdag

Net als in het echte leven helpt het om bij het vliegen te focussen op wat allemaal goed gaat, in plaats van m’n falen. Wel lastig hoor als ik twintig vluchten achter elkaar uitzak terwijl de anderen allemaal wel naar wolkenbasis schroeven en uren vliegen. Ik voel me toch weer een sukkel, weet niet waarom ik steeds maar weer de bel kwijt raak, de kern niet kan vinden, inefficiënt draai. Nou ja ik weet het wel, het is een combinatie van fouten: te lang doorvliegen op zoek naar een bel, concentratie verliezen, me door de lucht weg laten duwen, te weinig banken, enorme grote bochten maken als er iemand anders in de buurt is. Gebrek aan overtuiging dus.
Maar goed, niet focussen op de fouten, maar op de successen. Starten en slepen zijn mijn sterke punten, gisteren merkte ik weer waarom dat goed gaat. Ik startte niet helemaal ok, de wind was wat cross en de dolly stond kennelijk niet mooi achter de tug. Ik liet te vroeg los en m’n linkervleugel kwam omhoog terwijl ik rechts op de dolly bleef plakken. M’n hart sloeg een slag over, in een fractie kan zoiets heel erg verkeerd aflopen en dat is me in Hinterweiler ook een keer overkomen. Maar de juiste reacties zitten goed in m’n spiergeheugen ingesleten en m’n kop staat ook volledig naar dóórgaan, nooit nooit nooit midden in een start aarzelen, snelheid houden en recht vooruit.
Lekker gevoel wel, om zo overtuigd van m’n kunnen te zijn. Nu het landen, en dat gaat me zeker lukken met de Sting. Alles wordt vertraagd zodat ik de tijd en de kalmte heb om alle details door te nemen. Met de Litespeed had ik vaak zo’n stress dat ik nog maar op een paar punten kon letten, maar nu geef ik mezelf hardop een complete instructie. Nog een rondje hoogte afbouwen, tijdens downwindleg naar het point of arrival kijken, crosswindleg, op final draaien rechtop gaan hangen, linkerhand naar de upright, met rechts de bottombar zoveel mogelijk naar me toe trekken, kijken naar point of arrival, trek ‘m naar de grond, benen bij elkaar en niet slingeren, op drie, twee meter uitronden, blik verplaatsen naar de verte, rechterhand naar de upright, voel trim, duw omhoog. En dan heb ik het kijken naar de windzak, vg een kwart, verlengen van het crosswindleg al geautomatiseerd.

Morgen inpakken en met gemengde verwachtingen naar de Tegelberg. Er zijn maar 21 meiden ingeschreven voor de womens worlds, de weersvooruitzichten zijn harstikke slecht, ik zie op tegen het gezeik van de DHV en ik baal er nu al van dat we iedere avond uren bezig zullen zijn om de vleugels naar boven te krijgen met de kabelbaan. Maar het wordt wel twee weken vliegen/lezen, met vriendinnetjes over vliegen babbelen, bovenop één van de mooiste bergen van Europa staan.