30 oktober 2011

Biesbos

Super dagje met Ruud peddelen in de Biesbos. Ik ga altijd graag met Ruud op stap, met z’n tweeën zijn we echt “Jut & Jul op safari”. De temperatuur was perfect, de lucht was een fantastisch dreigend grijs zonder dat het regende, de Biesbos was vrijwel leeg en de kayaks waren comfortabel. In drie-en-een-half uur peddelen hebben we zo’n vijfentwintig kilometer gedaan, geweldig zwanen eenden aalscholvers meerkoetjes futen reigers ganzen mussen en een ijsvogeltje gezien. Interessant om te zien hoe al die vogels met een bocht vlak over het water vliegen, in plaats van rechtstreeks naar hun bestemming.
Ik ben wel redelijk afgedraaid nu, stukje fietsen van Dordrecht naar de jachthaven en terug erbij, Ruud gaat nog skieën vanavond maar dat hoeft voor mij toch niet. Ik ga lui m’n Douglas Adams uitlezen.

23 oktober 2011

Intrinsieke motivatie

Met Cameron bespreek ik urenlang elk minuscuul detail van de mentale aspecten van vliegen. Hij heeft net een sportpsychologisch artikel ontdekt over intrinsieke en externe motivatie. Daardoor werd voor mij duidelijk waarom ik geirriteerd was door de bewondering die uit Mit dem Wind sprak, en de bewondering van mensen die horen dat ik vlieg. We vliegen niet om hoe het eruit ziet, we vliegen niet om iets te laten zien of iets externs te krijgen zoals bewondering. We vliegen omdat het vliegen zo verrukkelijk is. Het gekke is dat bewondering afbreuk lijkt te doen aan die interne motivatie. Als je benaderd wordt alsof je vliegt vanwege het stoere imago, het avontuur, het scoren, wordt je het echte genot ontnomen. Je vergeet op enig moment zelf waarom je ook weer vloog.
Dat wil niet zeggen dat gewoon maar een beetje in de lucht hangen genoeg is. Soms is het genoeg, soms ben ik gigantisch gelukkig alleen van het vliegen en het uitzicht en de hoogte en de beweging en de wind en zon en de vario die piept. Maar meestal wil ik meer. Uitdaging, afstand, werken. Ik wil iets bereiken. Het mooiste om te bereiken, voor mij (maar voor een ander kan het echt iets heel anders zijn) is goal in een wedstrijd. Het zal me roesten hoe lang ik erover doe, het maakt me niet uit of ik laatste ben op een dag dat iedereen op goal staat, voor mij is het het mooiste wat er is. Een taak volbrengen die je niet tijdens de vlucht aan kan passen.
Ik heb enorm respect voor piloten als Cameron en Hans die op hun eentje taken vliegen en daar van genieten. Voor mij is dat nu nog te moeilijk. De moeilijkheid is mentaal, niet technisch. Ik heb een wedstrijd nodig, met veel mensen en een wedstrijdleiding die een optimale taak voor me bedenkt, en de referentie van andere piloten. Enige externe beloning is harstikke leuk, ook al ben ik nog zo intrinsiek gemotiveerd.

Prachtig weer

Bizar, wiekend na wiekend is het schitterend weer, en toch kan ik niet vliegen. Koud en pittige wind wel, dat verklaart misschien ook de lage opkomst. Het is bijna niet te harden, naar buiten kijken naar een schitterende najaarszon, blauwe lucht, crispy, weinig wind aan de grond. Ik ga wel peddelen om dan toch maar buiten te spelen, maar verdorie wat is dit teleurstellend.
Ondertussen heeft Kathryn haar arm gebroken in een landing, over teleurstelling gesproken. Mijn nieuwe vleugel is geloof ik niet zwaar beschadigd, maar het is wel ontzettend jammer dat zij er de laatste weken niet meer de sterren van de hemel mee vliegt. Ze is een leuk wijf en enorm gedreven wedstrijdpiloot, ik had haar niet gegund om het jaar zo te eindigen. Naast meeleven is er ook nieuwsgierigheid: zal ze net zo onzeker worden als ik na mijn ongelukken? Ik hoop het niet. Ik hoop dat ze me kan laten zien hoe het wel moet. In Forbes zullen we samen vliegen, twee dames met de nodige mentale littekens.

02 oktober 2011

Zomer in oktober

Glorieus, was het woord dat ik voelde. Zó prachtig en zó rustig en zó vrij, het maakt niet uit dat het ontzettend stabiel is. Een beetje heiig, met een naar oranje neigend licht. Weilanden in allerlei verschillende kleuren groen, en dan bij de laatste start de fel zwart-witte koeien die in kolonne naar de schuur lopen, prachtig prachtig prachtig. Het veen, de hei, buizerds en reetjes en hazen. Een fijne nacht, zomerse temperatuur, gezellig en stressvrij op het veld. ’s Avonds uit in Almelo, onverwacht gezellig. Twee-en-een-half uur naar huis rijden is wel vervelend, en dan nog een half uur de auto uitladen en warme hap naar binnen schuiven, maar ik beloon mezelf met een heet bad, knorrend als een tevreden kat.