08 januari 2014

Daar gaan we weer



Bah wat zie ik op tegen de lange reis en wat zal ik het hier weer vreselijk missen. ’s Ochtends m’n badpak aan en een half uurtje baantjes trekken in de oceanpool. Altijd en overal op m’n blote voeten lopen, starten vliegen landen op blote voeten, keurige mensen in de supermarkt op hun blote voeten. De golven die tegen m’n rug breken. De zoete lucht van bloemen aan de bomen en de warme lucht langs m’n huid. Dixon park waar ik eindeloos kan oefenen en als de wind draait zijn er vriendjes om een biertje mee te drinken. De sfeer in de club, waar de meeste piloten elkaar tientallen jaren kennen en elkaar een paar keer per week zien, waar bijna alle leden naar elkaars feesten gaan. Waar mensen mij bellen om te vragen of ik kom vliegen en of ik vervoer nodig heb. Talloze keren dat me gevraagd werd waarom ik toch zo nodig terug naar Den Haag moest, ik hoor tenslotte hier.
Ik zal Conrads huishouden missen, waar ik deel van mag uitmaken. Zijn dochters, die een onbeschrijfelijke rotzooi achterlaten die ik dan weer opruim. Fluffy, die doodmoe thuiskomt van haar werk, als Ratty er niet is moet ik even voor haar zorgen. Ik spreek haar bijzonder graag.
Ik zal Conrad missen voor wie buiten spelen een urgente en acute eerste levensbehoefte is. Vliegen, zwemmen, skateboarden, fietsen. Maar in de eerste plaats komt altijd zijn zorg voor anderen, voor z’n kinderen, patiënten, z’n moeder, voor Nicola, Fluffy en mij. Hij weet dat wij alledrie duwtjes nodig hebben voor we iets spannends durven te proberen, en hij doet het ons voor, helpt, kalmeert.
Gisteravond scheurde hij z’n kuit en nou kan hij nauwelijks lopen. Ik verwacht dat hij binnen een paar dagen weer vliegt, hij gaat het niet volhouden om wekenlang te zitten.
En ik mis m’n vriendjes, Hairy Karl en Adam en Mickey en Paul en JOD en natuurlijk Selmsey.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten