28 maart 2014

Categorie 1

Categorie 1 wedstrijden (WK’s en EK’s) zijn meestal flink gestresster en ook nog duurder dan cat 2. Piloten die wel heel graag willen winnen, hoger prijzengeld, meer protesten, rigide wedstrijdleiding, strenge sprogcontrole enzovoort. Nadat ik jarenlang duizenden euros voor onze kernploegen heb binnengesleept, ben ik zelf de kernploeg uitgewerkt en het geslonken budget wordt onder de mannen verdeeld. Voor mij hoeft het allemaal niet meer dus ik beperk me gezellig tot categorie 2 wedstrijden en clubcompetities. Behalve de womens worlds, dat is te leuk om te laten schieten. Een paar grote toppers (Corinna, Kathleen en Francoise, al jaren en hopelijk komt Julia weer terug), een paar aanstormende talenten (Carole, Laura, Kathryn misschien) en een hoop ploeterende pilotinnen die eigenlijk meer als fanclub dan als concurrentie meedoen. De womens worlds zijn ook altijd tegelijk met de rigids en de klasse 2 (Swifts enzo) zodat we in een enorm goeie sfeer gezellig met dertig vrouwen en de top van de internationale hanggliding wereld (Manfred, Mario, Primoz) berg, briefings en goal delen. En dan is het dit jaar ook nog ns in Annecy, de plek waar ik m’n allereerste echte hoogtevlucht maakte bijna twintig jaar geleden, met uitzicht op het besneeuwde hooggebergte achter je en het turkooisblauwe meer voor je. Sinds een jaar of tien is het levensgevaarlijk om bij Annecy te vliegen, vanwege de honderden parapenters zonder enig verantwoordelijkheidsbesef, maar tijdens de wedstrijd wordt de start voor hen gesloten. Dat maakt het een uitgelezen kans om er nog één keertje een poging te wagen de tour du lac te vliegen.
Ik schrok dan ook even wakker toen ik een mailtje kreeg met de mededeling dat ik niet gekwalificeerd ben om aan een cat 1 wedstrijd deel te nemen. Verrek, vergeten, maar inderdaad je moet de afgelopen drie jaar tenminste één keer bij de beste tweederde hebben gescoord in een cat 2 wedstrijd, of aan een cat 1 wedstrijd hebben deelgenomen. Een begrijpelijk vereiste, want alle stress en drukte maken cat 1 wedstrijden gevaarlijk voor onervaren piloten. Maar met mijn focus op landingstechniek en met de gecancellde womens worlds Tegelberg was ik dus wel even m’n kwalificatie kwijt.
Om exemption te krijgen moest ik aantonen dat ik wel degelijk ervaring heb in drukke stresssituaties, en voor de zekerheid vulde ik maar alle FAI-erkende wedstrijden waar ik in m’n hele leven aan heb deelgenomen. Inclusief m’n eerste womens worlds, waar ik ook met een exemption vloog en waar ik het Nederlandse team toen de enige (bronzen) medaille bezorgde met m’n dertiende plaats, die een Nederlands team ooit in een cat 1 wedstrijd gewonnen heeft.
Maar dat was toch wel een confronterend verhaal, aangezien er ook om m’n scores gevraagd werd. Behalve die dertiende plaats in 2004 heb ik vrijwel nooit goed gescoord. Sinds ik m’n eerste wedstrijd vloog in 2001 ben ik altijd dik tevreden geweest als ik niet allerlaatste was, en mijn persoonlijke doel is om goal te halen, voor mijn part langzaam en voor mijn part als laatste. Zolang ik mezelf niks te verwijten heb, ontspannen gevlogen heb en meestal netjes geland ben, kan ik er zelfs mee leven dat ik maar hoogst zelden goal haal. En het laag op de scoringslijsten staan is ook niet zo erg, ik heb van huis uit goed meegekregen om tegen m’n verlies te kunnen.
Maar die hele enkele keer dat ik wel eens een dag win (sportsclass British Open 2013) of een piepklein clubwedstrijdje (Knoalkup) vind ik wel harstikke leuk. Dat smaakt toch wel naar meer, dus dat levert ook de teleurstelling op als ik constateer dat ik niet beter ga presteren.
Hoe dat werkelijk komt, weet ik niet. Er zijn allerlei verklaringen, van het langdurige mentale herstel na m’n ongelukken tot het nog veel moeilijker de klap te boven komen die K me leverde. Maar misschien heb ik gewoon geen talent, of heb ik m’n sportieve activiteiten altijd verkeerd gericht. Ik had al veel eerder op vaardigheden moeten focussen en ik had al veel langer moeten werken aan m’n concentratie. Daar kom je dan op je 46e achter, als de lichamelijke achteruitgang al inzet. Jammer, gemiste kans. Maar zolang ik nog kan vliegen en zolang ik nog met wedstrijden mee kan doen, is m’n leven ondanks die slechte scores bijna volmaakt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten