Ik mag niet meer met m’n auto rijden tot de reparatie
maandag, dus m’n nieuwe maatjes haalden me op de camping op en om elf uur
stonden we opgebouwd klaar op de weststart. Binnen een half uur kwamen ook
Conrad, Paris en Toni aan en even later Pedro, Claudia, Tullio en Primoz:
ineens een berg vol hangies! De condities waren weinig veelbelovend en de ene
parapenter die startte zakte snel uit, dus Conrad raadde me aan te wachten.
Moeilijk moeilijk moeilijk, als je er al bijna van uit gaat dat het niet meer dan
een sledride zal worden. Ondertussen draait de wind dus voor je het weet moet
je op de start inpakken, dan maar liever die sledder. Toch gewacht, en Conrad
als eerste laten starten. Hij ging goed omhoog, Toni ook, maar ik zakte meteen
zo diep door dat ik m’n rits alweer opentrok. Net voordat ik richting landing
koerste voelde ik een piepje, en een kwartier later zat ik op 2000 meter.
Richard deed precies hetzelfde, alleen draaide hij veel verder door tot
wolkenbasis en daar bleef ie verder onze hele vlucht. Terwijl de anderen
richting Tamworth vlogen, bleven wij lang pielen boven Godfrey’s, om na een
uurtje nieuwe hoogte te tanken boven Manilla. We konden mooi zien hoe Anthony
de auto naar beneden reed en toen ik besloot om te gaan landen, vanwege regen, een
ideaal landingsterrein en algehele voldoening, kon ik hem precies vertellen
welke straat ie in moest rijden. Ik, Paris en Richard landden vlak na elkaar,
bijna euforisch.
In de kroeg werden Paris en ik afgesnauwd omdat we groenten
wilden eten. Iets zonder vlees en vis vroeg ik, ik heb het woord ‘vegetarisch’
niet in de mond genomen maar de dame haatte ons sowieso. Goddamned greenies
denk ik, of stadslui, of yuppies.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten