De akeligste beesten hier zijn niet slangen, spinnen of
krokodillen, maar mieren, muggen, vliegen, koeien en wedgetail hawks. Koeien en
haviken hebben het op onze vleugels voorzien, muggen zijn precies even
vervelend als thuis, vliegen gaan diep je neus, ogen en oren in en het
allerberoerdst zijn de mieren. Ben net gebeten door een greenhead, potverdorie
dat doet flink pijn. De kakkerlakken zijn erg groot en vies maar ik heb geen
last van ze, je moet alleen voortdurend afwassen en kasten dicht doen. Alles bij
elkaar valt het wel mee met de enge beesten eigenlijk.
Een stuk enger was de vlucht van vanmiddag. We startten op
sugarloaf, niet zo heel ver inland, en er was pittige turbulentie door de
convergentie van meteowind en seabreeze. Conrad, die alles kan en nergens bang
voor is, was bijzonder blij met z’n stabilo en die heb ik dus niet. Ik wilde
graag landen maar durfde het er niet op te wagen in de veldjes onder me. Eerst
maar eens een flink eind wegvliegen van die rottige kust. Op de meertjes onder
me kon ik zien dat de wind precies de andere kant op blies dan waar ik mee te
maken had. Op 2400 meter was het ook nog eens flink koud, dus al gauw moest ik
enorm piesen. Na twee uur en 25 km draaide ik naar beneden zonder te begrijpen
wat de windrichting was. Conrad hing boven me en zag een enorme bel loskomen
precies waar ik landde: welkom in Aussie St. André zei hij over de radio. Even
later landde hij ook en Drew die niet had kunnen starten en de chauffeur waren
er ook al. Toen we terug naar Newcastle reden zagen we de Funs boven Dixon Park
hangen dus daar ging Conrad nog een potje vliegen, terwijl ik m’n laatste
sinterklaasgedichten schreef. Vanavond wijd ik de aanwezige Aussies, Kiwi’s en Amerikanen
in, in de Hollandse traditie van pakjesavond. Een dag te laat maar dat deert
niet want zij denken toch allemaal dat het een soort vervroegde kerstmis is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten