Paradox of choice, luxe overdosis, keuzestress… waar zal ik
eens heen rijden? Verspreid over NSW zijn genoeg vliegplekken en mensen die me
hebben uitgenodigd, maar alles ligt minstens een dag rijden uit elkaar dus van
hot naar her crossen is niet zo zinvol. Bovendien heeft niet iedereen vrije
dagen doordeweek om mee te gaan vliegen, bergstarts zijn dun gezaaid dus je
moet meestal opgetrokken worden, retrievedrivers zijn al helemaal nergens te
bekennen. Uit pure gemakzucht ben ik dus terug in Newcastle, waar het vandaag
slecht weer was en Conrad z’n vrije tijd aan z’n kinderen besteedt. Nou ja, kon
in ieder geval een nieuwe uitlaat onder m’n auto laten monteren, aan Selmsy
vragen om m’n fietsrem nog een keer te repareren, een beetje gezwommen in de
bogeyhole (waar de gemeente kettingen heeft gemonteerd om je aan vast te
grijpen, zodat je niet door de golven wordt weggesleurd) en op- en weer
afgebouwd op Merewether omdat ik geen zin had in de vlakke start bij zo weinig
wind.
Een biertje met Selmsy, Hairy Karl, Harry, Rory en Charlotte
in de Beach Bowling Club. Gezellig, maar tegelijk de reden om niet hier te
willen wonen. Nu het vakantie is, bijzonder, geniet ik met volle teugen van de
ontspannen sfeer en het ongelooflijk relaxte vliegen, elke dag, tussen het smsje
dat het ‘on’ is en het moment dat je in de lucht hangt hoeft niet meer dan
twintig minuten te zitten. Met de anderen klets je over vroegere
vliegervaringen of doe je aan zelfbevestiging door elkaar te feliciteren met
onze uitstekende levenskeuzes. Soms is het gezellig en bestel je iets te eten,
soms ga je thuis koken. Maar je moet er niet aan denken dat dit het
vooruitzicht voor alle dagen van de rest van je leven is, met incidenteel een
uitje naar het binnenland. Zonder ooit een zinnig gesprek over politiek of
beleid te kunnen voeren, omdat de heersende mening is dat iedereen met een
publieke functie een corrupte zakkenvuller of een idioot is. Met alleen maar
uitzicht op lelijke mensen vol tatoeages in lelijke jurkjes en shorts, die een
aussie versie van jeu de boules spelen op een groot vierkant veld van plastic
gras.
Dinsdag 7:00
Half zes op m’n fietsje naar de ocean pool. Het is fris, de
zon komt net op, vogels zijn druk aan het kwetteren en overal vliegen fel
gekleurde papegaaien tussen de bloeiende bomen. Ik doe twintig baantjes in het
koude zoute water. Bij elk baantje voel ik de warmte van de opkomende zon meer.
Er zwemmen nog vier anderen in de bak van vijfenzeventig bij vijfenveertig meter; op de
randen zijn mensen aan het trimmen, een stel staat tai chi te doen, twee
jongens gebruiken het fietsrek voor hun buikspieroefeningen. In het water
drijft wat zeewier en de wind duwt me van m’n baantje af. Ik wil hier nooit
meer weg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten