Heet, wind, stratus

ouder en kind possum

Fluffy's Sonic op oost bombout

inpakken bij Seibsy

Ik dacht slim te zijn en nam m’n Noord-Koreaanse radiootje mee, klein, compatibel met m’n kenwood headset en met alle mogelijke bandbreedtes: VHF, UHF, FM, wat je maar wil. Blijkt de handleiding ook een soort Chinees, er staat alleen een opsomming in van alle functies maar zonder enige toelichting hoe je het apparaat kan programmeren of gebruiken. Na twee keer een frustrerend uurtje pielen had ik de taal gereset van engels naar chinees, nou maakte dat geen bal uit want de juffrouw in het doosje leest toch alleen de tekst op het schermpje voor. Desalniettemin werkt dat Chinees op m’n zenuwen. Zonder radio kan je in Australië eigenlijk geen xc vliegen, zelfs als je een chauffeur inhuurt en zelfs als de chauffeur weet hoe hij me kan volgen met airtribune of SPOT. Gisteren zakten Ben, Nicko en ik uit maar Johnboy en Paul vlogen hun pb, vooral doordat ze uitstekend communiceerden. Dat wil ik ook weer eens, een echte uitdagende afstand en tijd en dat je dan een biertje in handen gedrukt krijgt voordat je uit je harnas bent. Radio dus. Ik vroeg wat rond en werd verwezen naar ene Bob Smith, die ik na negen uur bij Godfreys zou kunnen vinden. Deze Bob, die ik nog nooit gezien had, nam m’n onmogelijke radio, zocht er een handige toelichting op internet bij, en puzzelde bijna drie uur lang totdat we dachten dat we het min of meer begrepen. En toen er iemand anders om hulp kwam vragen verdween hij zo plotseling dat ik geen kans had om hem echt te bedanken.

De jongens lieten me vanaf de berg weten dat het niks was, te harde vlagerige wind en teveel sluierbewolking, dus ik puzzelde nog twee uurtjes verder met m’n radio en nu heb ik de rest van de middag niks anders meer te doen dan een beetje poedelen in de rivier – waar ik vanmorgen hoopte platypus te zien maar het met een forse schildpad moest doen, lezen, dutten, facebooken. En genieten van de warmte en de beleving dat de camping middenin een dierentuin/volière staat. De witte cocky’s met gele kuif, de grijs-roze gala’s, groene en blauwe parkieten en klokkende eksters maken een enorm kabaal. In het douchehok kom je een paar groene kikkers tegen en over het pad schieten salamanders (hagedissen?) weg. ’s Avonds komen de possums de bomen uit, en overal waar je heen rijdt hoppen wallaby’s en kangaroes de weg over. Op de takken zitten enorme leguanen. Vlinders van waanzinnige afmetingen dwarrelen tussen de exotische bomen waar de camping mee vol staat. Het ruikt vaag naar eucalyptus en droog zand.