30 januari 2013

Newcastle Hanggliding Club



De club vergadert eens per maand, met een opkomst van zo’n twintig man. Vliegen en eten vooraf, fotoos of spreekbeurt aan het einde. De eigenlijke vergadering gaat over serieuze zaken en er wordt gestemd over moties: stekken, incidenten, relaties met de autoriteiten. Het doet me allemaal erg denken aan het afdelingsbestuur, alleen is het hier een grote club, was alles direct relevant voor de aanwezige leden en de fotoos en spreekbeurt maken het aantrekkelijk.
De incidenten met Nic en Araldo kosten de club in ieder geval Hunter start, en zowel Scenic als Merewether staan onder grote druk. Een groot deel van de club wil alles in het werk stellen om buitenlanders weg te houden, want het zijn steeds de niet-locals (en parapenters) die ernstige incidenten hebben waar dan intrekking van vergunningen door de autoriteiten op volgt. Ze willen zelfs de siteguides op een afgeschermd deel van de website plaatsen, zodat niet-leden er niet bij kunnen. Dat lijkt me dom, als je de gevaren en regels van een stek geheim houdt heb je weinig kans dat buitenlanders weten wat de grenzen van een stek zijn. Maar de leden zijn bang dat de siteguide mensen juist compleet onvoorbereid rechtstreeks naar de moeilijk te vinden startplekken leidt.

27 januari 2013

Van onweer en wind naar kou en regen



Het is een super luxe om elke dag in Forbes te kunnen slepen, maar ik zou met alleen Len, Guy en Simon overblijven met in elk geval twee slecht-weer-dagen, en zo langzamerhand mis ik m’n vriendjes aan de kust ook wel. Al rijdend, met melancholieke liederen over slavernij en honger op de stereo, genoot ik weer van het landschap en het weer en de vrijheid die ik heb. Jee wat heb ik het toch goed. En het voelt tijdloos, het is ook de vrijheid van het hier en nu, leven zonder agenda, zonder iets moeten. Ik begin te begrijpen waarom de hemel de eeuwigheid is.
Bij wijze van pauze wandelde ik door de Borenoregrotten, zoals de meeste natuurreservaten vrij toegankelijk, uitstekend onderhouden en met hooguit drie auto’s vol bezoekers. De grotten zelf waren niet zo spectaculair, al maakt het idee dat de Wiradyuri-aboriginals hier duizenden en duizenden jaren hebben geleefd wel indruk. Helemaal extatisch werd ik van de geur in het bos rond de grotten: een geparfumeerde friszoete eucalyptuslucht. Anders dan de wierooklucht die dagelijks de start van Mount Borah opwaaide, ook heerlijk.

Marco en suocero


26 januari 2013

Laatste Forbesdag



Wie had ooit gedacht dat ik nog ns bij Lennie zou logeren? Maar here I am, Len bood een droog bed aan net toen ik besloot een cabin te huren nadat m’n tent compleet verzopen was in het onweer met slagregens van vanmiddag. Ik was geland vanwege het onweer in de verte, nog niet griezelig dichtbij dus Claudia bleef wel vliegen en Pedro schudde z’n hoofd. Het was misschien wel een beetje overdreven om hard op zoek naar sink te gaan, maar ik vond de lift veel te gemakkelijk, de wolken te groot en de buien te dichtbij. Het is me zo’n keer of tien overkomen dat ik vreselijk graag naar de grond wilde en dat het waanzinnig veel inspanning en hart-in-keel-kloppingen kostte om hoogte te verliezen. Zover wil ik het niet meer laten komen; angst is niet leuk.

25 januari 2013

tanden poetsen


Geen pb





Het plan was om vandaag onze pb’s te verbeteren, 101 km naar Young en terug. Len haalt het misschien, hij is nog aan het vliegen, Maar Claudia en ik zakten twee keer uit en na een uurtje of wat kwam Pedro ook op het vliegveld landen. Het was keimoeilijk en ik ben al trots dat ik beide keren met een half uur wist te rekken. Het lijkt een beetje over nu, er komt een trog aan dus de komende dagen zal het slecht weer zijn. Ik vertrek met een auto volgeladen met zooi die de wedstrijdpiloten hier hebben achtergelaten, vier vliegers op m’n dak twee eski’s twee matrassen. Hopelijk is het aan de kust goed weer om op Dixon park te spelen.

24 januari 2013

Wedgie attack








Het moest een keer gebeuren, een eagle attack. Ik was me een weg naar Parkes aan het knokken, onder waanzinnig mooie wolkjes op 2600 meter maar met behoorlijk wat tegenwind en sink. Ik had het super naar m’n zin, waagde het er alleen niet op om me in zo’n schattig wolkje te laten zuigen, jammer want het was een uitgelezen kans maar ik vond het gewoon te spannend. Halverwege Parkes begon ik uit te zakken en ik had net m’n rits een stukje open gedaan toen ik weer een fantastische bel vond. Nog 2000 meter naar boven maar dat ging zeker lukken. Twee wedgies zaten heel erg dichtbij in dezelfde bel, ik twijfelde of eentje alleen maar langskwam om me te checken of werkelijk aanviel, na nog een pass wist ik het zeker en ik vluchtte. Dat kostte me de vlucht, tien minuten later stond ik aan de grond, met een beschadigde wingtip. Net toen ik m’n pakzak dichtritste belde Camo voor een gezellige chat, en net toen ik hem oplegde kwam Pedro aanrijden.
Om half acht was ik weer terug op het vliegveld om m’n rugzak op te halen, en daar kwam Claudia landen na vijf-en-een-half uur. We zijn een beetje euforisch nu, Len komt net binnen met nog een pizza en nog meer bier, ik moet mezelf gauw tot de orde roepen zodat ik morgen weer fit ben.

23 januari 2013

Rondje rondom Forbes



Vanmorgenvroeg aan Marco gevraagd of hij me naar de maan wilde slepen, zodat ik in drie kwartier heel rustig naar beneden kon dwarrelen en ondertussen de metingen doen waar Gerolf om gevraagd had. Daarna de trim een gaatje langzamer en het vg-touw naar de andere kant van de kingpost, en om half drie startten we alledrie naar een waanzinnig mooie lucht. Omdat er wat incussen vormden richting Parkes, en alles blauw was richting Marsden, dacht ik naar Grenfell te vliegen maar al snel merkte ik dat dat te uitdagend zou zijn. M’n vg-touw was uit de klem geschoten dus ik moest het geheel zonder vg doen, en alleen omdat Claudia en Pedro verdwenen waren. Bovendien hadden we geen chauffeur dus het was handiger om dichtbij Forbes te blijven. Ik vloog in een ruime cirkel rondom het dorp, zakte bijna uit bij de camping maar wilde toch wel graag de taak rond maken en de vleugel opgebouwd in de hangar zetten (stiekem, als Bill het maar niet hoort). Ik pakte een prachtige bel tot 2500 meter en stak daarna rustig tegen de wind in naar het vliegveld. Mooie landing na iets meer dan twee uurtjes heerlijk vliegen, joehoe ik ben er weer! Pedro’s vleugel stond al in de hangar en Claudia landde een paar minuten na mij, helemaal blij voor mij. Ze zei dat ik eruit zag als een blije dolfijn toen ik onder haar doorschoot voor m’n laatste been.

22 januari 2013

Het is de vleugel, stupid!



Ik weet genoeg over onverwachte psychologische processen om te begrijpen hoe het werkt, maar toch voel ik me nogal een dom gansje nou ik mezelf betrap. De ene is: liefde maakt blind. De andere is wat ingewikkelder. Normaal gesproken vind je iets vreselijk gaaf en daarom heb je er veel geld of inspanning voor over. Gek genoeg werkt het andersom ook: hoe meer je ergens in geinvesteerd hebt, hoe groter de kans dat je er razend enthousiast over bent.
Mijn Litesport heeft me veel geld en moeite gekost, en het was ook een mooie buitenkans om juist deze vleugel op dit moment te kunnen kopen. Bovendien vloog ik thuis op een Sting, prima vleugel maar na jarenlang Litespeed nogal een handvol. Afijn, ik was dus onmiddellijk verliefd op m’n Litesport en dat ben ik nog steeds. Het is een heerlijk vleugeltje, lichte handling, prima prestatie, lage stall. Allemaal waar, maar voor het gemak vergeet ik wel dat ie altijd flink naar links trekt. En dat ik er in januari maar drie redelijke vluchten mee heb gemaakt. En dat de vg erg zwaar loopt. En dat ik er slechter mee termiek dan ik gewend ben.
Wat helemaal suf is, is m’n aarzeling om te erkennen dat m’n vleugel niet perfect is. Zeker na m’n initiële enthousiasme kan ik me er nauwelijks toe zetten om alle minpunten onder ogen te zien: cognitieve dissonantie.
Nu ik dan toch zover ben realiseer ik me dat ik in ieder geval geen heel slechte piloot ben als ik zo perfect kan slepen en af en toe een mooie vlucht kan maken, met een trekkende en duikende vleugel. Nou nog herstel, zodat ik meer kan vliegen en er meer van kan genieten.

Moeilijk vliegen in Forbes



Het is lastig om in mezelf te blijven geloven, ik blijf alsmaar uitzakken. Volgens Pedro zijn de condities bijzonder lastig maar eerlijk gezegd zie ik dat niet zo, afgezien van de harde wind. De wolken vandaag zijn schitterend en de bel waar Marco me in afzette was groot en vet en smooth. Maar ik verloor ‘m op zo’n 1800 meter, kon ‘m niet meer terugvinden en probeerde tegen de wind in een ander wolkje te bereiken. Achteraf had ik me meer mee moeten laten drijven, ik draaide waarschijnlijk bovenwinds de bel uit.
Ik weet dat ik prima kan vliegen, ik heb fantastische vluchten gemaakt hier in Forbes. Maar op dit moment is er iets ernstig mis in m’n hersens en ik weet niet wat. In Forbes geen landingszorgen dus daar kan het niet aan liggen. Geen lastige taken of afspraken, ik kan me gewoon downwind laten drijven en Pedro haalt ons op.
Claudia zakte ook uit en nadat mijn herstart mislukte (de vg schoot los, ik steeg ver boven de tug uit en releaste) moest er iets aan de dragonfly worden gerepareerd. We zetten de vleugels in de hangar en beweenden de levensgebeurtenissen die ons op jaren achterstand brachten.

Het is meer de vicieuze cirkel: door slecht vliegen verlies ik zelfvertrouwen, zonder zelfvertrouwen weet ik niet of het de vleugel, de lucht of mijn vliegvaardigheid is waardoor ik uitzak, en uiteindelijk weet ik niet meer waar ik de oplossing zoeken moet. Een mooie lange vlucht verdorie, ik wil m’n record (182 km) verbeteren nu het nog kan. En een studie van Gerolfs uitgebreide advies, over langzamer trimmen en sprogs bijstellen enzo. Gaaf dat hij me zo uitvoerig uitleg geeft!

21 januari 2013

Dreigende luchten



Krijg nou wat, deze keer zakte ik niet uit maar landde ik binnen een uur op het vliegveld omdat ik niet het risico wilde lopen in een storm of gustfront terecht te komen. Er regende al een forse bui ten zuiden van ons toen ik omhoog draaide, in het westen was het flink donkergrijs en overal groeiden de bloemkolen verticaal. Terwijl ik in m’n tweede bel boven Forbes hing zag ik twee nieuwe regenbuien naar het noorden en zuidoosten, met andere woorden er was geen duidelijke richting waar géén onweersrisico bestond.
Ik moest nog m’n best doen om terug op het vliegveld te komen, en maakte verdorie weer geen mooie landing, maar Marco was er in no time om de hangar te openen zodat ik niet hoefde in te pakken.
Claudia vloog wel door naar Parkes en terug en ze is dolgelukkig met haar vleugeltje. Ik had graag samen gevlogen maar ik ben gewoon niet in voor teveel spanning en stress.

20 januari 2013

Teleurstelling



De ergste teleurstelling is het geen gebruik maken van de meest ideale kansen: prachtige cumultjes, sleep op het moment dat wij dat wensen, Forbes, een toegewijde chauffeur. M’n rits doet het, de wind blaast ons precies langs de hoofdweg over een terrein dat ik goed ken. Toch lukt het me alweer niet om wolkenbasis te bereiken en zak ik vlakbij het vliegveld uit, met een suffe landing als natrap. Ik kan niet verzinnen wat het is, ik heb hier, met dezelfde vleugel en hetzelfde harnas, mooie vluchten gemaakt. Ik ben fit en ontspannen, er zijn geen gaggles om me weg te jagen en ik heb geen radio om me af te leiden. Pedro denkt dat m’n sprogs misschien te laag staan zodat het moeilijker zou zijn om te klimmen, maar volgens mij hebben sprogs sowieso geen effect als ik de vg los heb. Ik overweeg om vandaag een gaatje langzamer te trimmen, misschien dat Marco dan geen honderd hoeft te vliegen om mij een beetje hoger achter zich te krijgen.

Niks doen




Een gezellige avond bij Len, met Rohan en Mel, en Pedro, Claudia en ik. Het eten kwam pas om tien uur op tafel: kangoeroe voor de vleeseters en aubergine voor mij. We bespraken de smaakeffecten van voer, de syntax van verschillende talen en het risico dat je vleugel langs de kant van de weg gestolen wordt. Ik beklaagde me over de abominabele liftersbereidheid hier, maar ik schijn het helemaal verkeerd te doen. Je moet juist niet je harnas verstoppen en zelf onschuldig met je duim omhoog langs de weg gaan staan, maar andersom. Zodra iemand je harnas in z’n auto wil mikken spring je tevoorschijn en bedank je voor de lift; ze zullen zich generen en je meenemen.

18 januari 2013

Achterblijvers lijden aan PCB



Post competition blues, zelfs al deed ik niet mee met de wedstrijd. Het is waanzinnig heet en drukkend, ik ben verbrand en heb splinters in m’n billen van het vrijen in het gras, niemand heeft kunnen slapen zonder airconditioning, en het ergste is natuurlijk dat Forbes leeg en doods is.
De laatste twee dagen, met de mooiste lucht van de hele maand, zakte ik uit en ik ben er nog niet vrolijk over. Maar beide avonden was het supergaaf om de finish te zien, de spanning en het gejuich en de blije uitgeputte piloten. En ook het drama van de mensen die het net niet haalden, na zes of zeven uur in de lucht.
Het feestje was niet zo flauw als andere jaren, er was een goeie zangeres en we konden dansen, maar om één uur was het afgelopen.
Ik ben verhuisd van de dure en slecht uitgeruste Riverside camping naar de goedkope maar rivierloze camping op het industrieterrein. Absoluut onmogelijk om enigszins af te koelen, elke twintig minuten een kouwe douche en dan weer een dutje op m’n luchtbed. ’s Middags met Neil mee naar de Zwitsers, die wel een zwembad hebben maar het water is harstikke warm.

16 januari 2013

Fantastische finish



Ik zakte zo stom mogelijk uit op de mooiste dag van de maand, met hoge cumultjes overal, nauwelijks wind en een 280 km driehoektaak. Dat was wel zo’n beetje het dieptepunt van de maand, maar Toni liefste Toni haalde me op en dat maakte het al een stuk minder erg. Zelden zo’n aardig iemand ontmoet. In haar nabijheid ga ik me beter gedragen dan mezelf.
Na een duik in de rivier, reparatie van m’n knipperlicht en een paar boodschappen togen we naar de aeroclub waar zich steeds meer mensen verzamelden en de spanning langzaam steeg. Als iemand in de verte wees sprongen we allemaal op om te zien of we al een leading edge konden ontwaren. Niemand volgde de gebeurtenissen op livetrack of spot dus we moesten het ouderwets hebben van radiocontact met een paar goeie piloten. Toen die tien kilometer van het laatste keerpunt waren verplaatsten we ons massaal naar de finishlijn, en tegen zeven uur, zes uur na de start!! zoefde Christian over de lijn. Alex kwam een halve minuut later, drie was Gordon die het net niet haalde. We hoorden zijn “oh no!” toen hij vlak over het hek nog een halve meter verloor. Daarna was het een uur lang binnenracende toppers, terwijl we in de verte vleugels konden zien landen. Zo’n twintig in goal gok ik.

15 januari 2013

Koeler



Ik was totaal afgepeigerd gisteren en een beetje down. M’n vlucht was helemaal niet zo slecht maar ik begrijp toch niet waarom ik elke dag al na een uur, anderhalf uur zo moe ben dat ik wil landen. Ik heb besloten dat het aan m’n harnas ligt en vandaag ga ik proberen te vliegen met kleinere schoenen, zodat ik een beetje ruimte heb om te bewegen. Wel eng om op lichte schoenen te landen en eventueel ver te sjouwen, en dat met een pijnlijk verzwikte enkel. Maar er moet iets gebeuren want verdorie nou ben ik in Forbes en nou wil ik m’n pb verbeteren ook. Dat betekent 200 km vliegen, met een Litesport kost dat minstens vijf uur.
’s Avonds nodigde Bruce me uit voor de crewparty. Zo gaaf om minstens dertig mensen te zien die zich dag in dag uit compleet uit de naad werken. Het is zwaar voor de piloten, het is nog veel zwaarder voor de tuggies, en het heftigst is het voor de mensen op de start. De hele dag in de zinderende hitte en het stof rennen en duwen en trekken.

14 januari 2013

record artikel

New York Times over Jonny en Dustin

WK in Forbes



Heerlijk! Gezellig iedereen weer zien bij de briefing, daarna relaxed boodschappen en wasje doen, dan naar de paddock om de vleugels af te laden voordat de auto’s weg moesten, rustig rondlopen en fotoos maken en de condities bekijken, en pas na twee uur op m’n ellefendertigste opbouwen. Toen ik bijna klaar was kwam Michelle me opjagen, net genoeg om een beetje tempo te maken, en zodra ik m’n helm dichtgespte kon ik direct op een dolly stappen, hangcheck, instrumenten aan, gogogo. De sleep was prima, de vlucht was prima, de landing was prima. Ik had de luxe van Toni als chauffeur, helemaal speciaal voor mij alleen en ze reed onder me met me mee. Ik kon zeggen wat ik wilde over de radio omdat er niemand last van ons had, aanwijzingen geven welke weg ze moest nemen en waar ze moest kijken om mij te zien. Omdat ik niet met de wedstrijd meedoe hoefde ik niet op te sturen om de taak te vliegen maar kon ik gewoon lekker met de wind meedriften, en omdat er overal enorme landingspaddocks onder me lagen kon ik rustig blijven zoeken en draaien ook al zat ik harstikke laag. Genieten van het uitzicht, het is hier altijd al ontieglijk mooi en nu het zo kurkdroog is is het nog fraaier. In minder dan anderhalf uur was ik boven Trundle, waar een gigantisch gemaaid korenveld wel erg aanlokkelijk precies langs de weg klaar lag om in de harde wind veilig te landen. Selmsy belde gezellig net op het moment dat ik de vleugel naar de weg begon te sjouwen, en Toni bracht me twee minuten later een fris sapje. We waren vroeg genoeg thuis om ontspannen te koken en te eten en op tijd naar bed te gaan.

12 januari 2013

Laatste dag van de Corryong Cup




Een uur briefing, een half uur naar boven rijden, drie kwartier opbouwen, een kwartier briefing, 9 minuut 21 in de lucht, drie uur retrieve… het geeft niet, zo ver mogelijk glijden is nog altijd beter dan helemaal niet vliegen. En ik heb altijd iets te lezen bij me, bovendien was het gaaf om Steve en Glen, allebei teammaatjes en nummers één en twee in de comp, over me heen te zien glijden.

11 januari 2013

Taak verprutst



Vandaag lag het echt niet aan de condities of de taak, ik maakte gewoon een domme fout. Het was een vervelende gaggle, en hoewel de termiek uitstekend was wilde ik liever iets minder moois maar dan voor mezelf. Dus toen de gaggle de enige juiste route koos, noord langs Mount Mitta, overtuigde ik mezelf ervan dat er aan de lijzijde ook stijg zat. Bij het vliegveld zakten we met z’n vijven of zessen uit. Toen Howard me gevonden had moesten we eerst een lekke band verwisselen en Howie is niet zo snel, dus ik lag pas om zes uur in de rivier. In plaats van koken en eten verkleedden we ons voor de crossdressing party, maar dat viel nogal tegen. We zagen er geweldig uit maar het bleek een soort miss-verkiezing te zijn met de ColacColac-kampeerders als publiek. De briefings in de ochtend zijn leuker (met Hubert die elke ochtend een nieuwe tekst over Stuwy ten gehore brengt; Stuwy is Flip van Corryong) en ik had geen zin om de kampeerders te amuseren.

10 januari 2013

Repeat bomber



Knieband om m’n verzwikte knie, tape om m’n verstuikte enkel, Papaw’s treatment op m’n geschaafde arm en daar gaan we weer. Opnieuw eerst een bombout, inpakken, omhoog racen, weer opbouwen en nog voor half vier een tweede start maken. Samen met Nikola draaide ik tot 1800 meter maximum, bij lange na niet genoeg om me veilig te voelen. Ik boog af richting het veld waar ik gisteren landde, en daar vond ik weer een rustig belletje waarmee ik wel verder van het keerpunt afdreef. In het smalle, hoge dal van Cudgewa verloor ik weer iedere concentratie en met een forse buikschuiver was ik weer aan de grond. Gelukkig was er iemand thuis in het huis waar ik naast geland was, want in dat dal is geen telefoonontvangst en ik had m’n radio niet ingeplugd. Howard was er in tien minuten. Jeetje ik ben wel heel erg teleurgesteld. Corryong zou een gezellig, simpel wedstrijdje zijn waär vooral beginners een goeie kans krijgen. Maar de condities zijn niet makkelijk en de taken zijn toch redelijk pittig, en kennelijk heb ik het totaal niet meer in me om een beetje een serieuze taak uit te vliegen.

09 januari 2013

Tweede taak Corryong Cup



Tot gisteren een hittegolf met temperaturen ruim boven de 42 graden, vanochtend is het steenkoud. Australië, elke dag een verrassing. Ik deed twee starts gisteren en de lucht was totaal verschillend. Bij de eerste ging ik wel omhoog, maar de bel was extreem choppy: surges fel omhoog en dan weer hevige sink. We zaten met z’n vieren op ongeveer dezelfde hoogte en niemand van ons had werkelijk controle over z’n cirkels, dus ik vloog weg. Bombout dus, bij Curtis en Donny in een ogenschijnlijk mooi veld. Het vee had de modder echter enorm vertrapt waarna het knoerdhard was opgedroogd, dus de grond was een mijnenveld van gaten en kluiten. Ik verzwikte m’n enkel erg pijnlijk en Curtis kwam m’n vleugel dragen. Heerlijk om voortdurend als een prinses behandeld te worden. We gingen gauw weer naar boven. Launchmarshall Stuy was nog niet gestart dus het window was nog open. Hij is de absoluut allerbeste launchmarshall aller tijden: hij geeft raad en informatie maar respecteert de piloten in hun zelfstandige beslissingen. Hij begrijpt precies wanneer je hulp aan de voorkabels nodig hebt en hij stapt snel naar de zijkabel. Elke ochtend krijgt degene die de mooiste start had een prijsje en we worden geamuseerd met de slechte starts van de vorige dag.
Ik draaide met twee vingers in m’n neus snel naar 2400 meter, en ging om half zes ’s avonds op koers. Inmiddels was er flinke tegenwind, nu kon ik goed merken wat een enorm prestatienadeel ik heb op de Litesport (met ronde bottombar). Donny gleed op een Rev onder me door, ik was gewoon kansloos. Ik maakte een perfecte landing langs de hoofdweg, liftte terug naar Corryong omdat Howard lang weg was om Russel en Steve te retrieven, en had nog net tijd voor een uitgebreide douche. ’s Avonds barbie op de camping, waardeloos waarom trap ik daar toch altijd in? Twintig dollar voor konijnevoer en gore vegadingen en enthousiaste dames die oprecht geloven dat ze genoeg vegetarisch hebben voor de veertien (!) vegetariërs onder de piloten. Nou ja het geld gaat naar het goeie doel, de lokale brandweer geloof ik, en bovendien won ik een kadobon voor de lokale krantenkiosk.

08 januari 2013

Wedstrijdje



Ik was vroeg van de berg af gisteren, en vond meteen een goeie bel waarmee ik mooi richting het eerste keerpunt dreef, maar daar liep ik vast. Boven het keerpunt kwam ik goed omhoog maar ik dreef een akelig dal in vol hellingen en met nogal rotorige belletjes. Ik probeerde rechtstreeks over de heuvels aan de overkant te komen, maar daarvoor kreeg ik niet genoeg hoogte. Na meer dan een uur ploeteren besloot ik een gigantische omweg te maken, via Corryong en dan vanuit het noordwesten naar het tweede keerpunt. Ik zakte echter uit op het plateau, mede door het storen van de radio. M’n landing was erg slecht en nou heb ik een dikke pijnlijke knie en een kapot wieltje (gelukkig een reservesetje gewonnen bij de Britse Open). Even later landde Mark Platneus bij mij, hij bleef zeker tien minuten schelden en tieren, als een klein kind met een driftbui. Hm tien jaar geleden zou ik hevig geweend hebben dus ik begrijp hem wel, maar inmiddels kan ik me toch niet meer druk maken om een bombout op een moeilijke dag in een vriendelijk wedstrijdje.
De rest van de dag was het fantastisch spelen in de rivier met Selmsy en Nikola, Harry, Toni en Hairy Karl. ’s Avonds in het donker op de fiets terug naar het huis waar ik heel luxe in kampeer. Dat was iets te ver voor mijn kleine meisjesfietsje zonder licht en eigenlijk toch ook wel riskant. Ik weiger dan wel een helm te dragen maar dat wil niet zeggen dat ik niet door heb hoe slecht automobilisten hier met fietsers omgaan. Je mag 100 rijden op de smalle B-wegen en niemand verwacht een fietser. Bovendien wilde Selmsy perse rechts rijden, tegen het verkeer in, zodat auto’s tussen ons door moesten.

8 januari Taak gecancelled vanwege harde wind
Dus met z’n vijven naar de waterval, heerlijk.

06 januari 2013

Bushfires






Bummer, de eerste taak met een forecast van extreem goeie lift (bellen waar je niet uit durft te vliegen) werd gecancelled toen ik volledig aangekleed in een lange lange rij stond. Het is extreem heet, dik over de veertig graden (tegen de 49 hoor ik net) en iedereen smelt in de schaduw, dus dit was bijna genoeg om dan maar helemaal in te pakken. Maar de reden was blushelikopters op de taak, niet gevaarlijke condities, dus ik bleef geduldig in de rij staan en startte alsnog. Een prachtige bel bracht me naar 2250 meter, maar daarna vond ik niks echt bijzonder moois meer. Ik zakte uit op Khancoban vliegveld en kon meteen met Adriaan meerijden en de rest van de middag in de rivier spelen.

05 januari 2013

Corryong practice day



Ik zit nat en naakt onder een gierende ventilator en nog is het te warm. Het lijkt Pakistan wel alleen was de hotelkamer in Pindi niet half zo keurig en schoon als de kamer waar ik nu in zit. Howard, onze chauffeur, is bijna klaar met het opknappen van dit huis dat hij wil verhuren en ik mag er deze week gebruik van maken.
Gisteren twintig keer heel Forbes doorgecrosst op zoek naar Flip want die is jarig morgen en op zoek naar Conrad om ‘m succes te wensen. In hq, de Mezzanine, op de paddock, in de highschool overal kwam ik bekenden tegen en dat kostte een hoop gezellige tijd maar Fifi is me ontglipt. Het hoogtepunt was op de camping. Ik hoorde Noel aan iemand vertellen dat je echt genoeg water bij je moet hebben en zonnebrand en een hoed, en ik wilde net roepen ‘just toughen the hell up’ toen ik zag dat het Diederik was! Die heeft me twaalf jaar geleden hier naar toe gebracht, hij was onze gids, zonder hem was ik nooit down under terecht gekomen. Supergaaf om hem hier te zien.
Ik had vijf uur te rijden over gave kleine weggetjes langs prachtige witgoude heuvels tegen een overdreven blauwe lucht, schitterend. Het was wel achterlijk heet en ik verdom het om de airco aan te doen, maar ik viel niet in slaap. Op de free camp eerst een duik in de keihard stromende Murray river, harstikke leuk. Je wordt in een noodgang meegesleurd maar het is totaal niet eng omdat de rivier ondiep en gelijkmatig is, het is meer een heerlijke koele kermisattractie. Zelfs voor een zeer geoefende zwemmer is het onmogelijk tegen de stroom in te zwemmen. ’s Nachts deed ik geen oog dicht door het gepraat van Adriaan en het gesnurk van Ward, dus om vijf uur verplaatste ik m’n tent naar een stiller plekje. Dat was dus niet nodig geweest want inmiddels ben ik opnieuw verhuisd, nu naar dit huis in het dorp.
Vandaag was practice day maar ik ben totaal niet fit en er werd bijna zeker onweer voorspeld, en in de verte zag je voor twaalf uur al grote wolken opbouwen. Bovendien steeg het wel erg gemakkelijk in het dal, dus ik vond het na een uurtje welletjes en probeerde te landen op een groot vlak veld naast de weg. Dat viel nog niet mee en uiteindelijk landde ik nog downwind ook, harnas smerig broek kapot en hier en daar wat schaafwonden. Jammer want ik was absoluut in voor een uitstekende landing.
Straks registratie, dan wat eten en dan zo vroeg mogelijk naar bed. Al is het de vraag of slapen zal lukken in deze hitte.

03 januari 2013

Vliegen in Forbes



Ondanks het wachten op Matt, het omhelzen van de binnenstromende vrienden en bekenden, het gebrek aan tugs, werd ik al rond een uur of twaalf opgesleept. Ik vond één bel en driftte langzaam van het veld weg. Steeds raakte ik de bel kwijt en dan bleef ik net zo lang zoeken tot ik ‘m weer beet had, op die manier was ik bijna een uur zoet. Uitstekend, ik was behoorlijk tevreden met mezelf omdat ik niet als een kip zonder kop op koers ging, want dat zou vrijwel zeker uitzakken betekenen. Lesje van Gulgong. Toen ik de bel alsnog helemaal verloor stak ik terug naar het vliegveld. Ik landde redelijk dicht bij de startrij, iemand bracht me meteen een dolly en Vicki trok me direct naar de start. Binnen tien minuten na m’n landing hing ik alweer achter een dragonfly. De sleep was iets harder werken, een goed teken, en ik werd in een klein gaggletje afgezet zodat ik meteen door kon draaien tot 1800 meter. Deze keer ging ik wel meteen op koers: superlangzaam, rustig, elk belletje tot het plafond uitmelkend. Het plafond steeg gedurende de dag maar ik kwam nooit hoger dan 2000.
De radio gaf geen enkele sjoege, er waren geen wolken en andere vliegers waren in geen velden of wegen te bekennen. Nogal lastig en eenzaam, maar ik was dolgelukkig dat ik eindelijk weer eens een echte Forbesvlucht kon doen. Genieten van het uitzicht, concentreren op de termiek zonder zorgen over landingsterreinen, met een downwind taak.
Zo’n twintig kilometer van het vliegveld kwam ik ineens een grote groep tegen, gezellig dacht ik nog, maar ze vlogen de andere kant op. Kennelijk hadden zij hun taak al gerond.
Een stuk voor Marsden, het eerste keerpunt, besloot ik eerst de taak af te snijden en vervolgens om helemaal terug richting Forbes te vliegen, om de retrieve wat makkelijker te maken. M’n been deed erg pijn van het verkrampt in een strak harnas liggen. Altijd hetzelfde liedje: tegen de tijd dat ik me bewust word van de pijn heeft het weinig zin meer om te wiebelen en te ontspannen en trouwens dat ontspannen kan niet eens met lastige termiek. Ik besloot dat het genoeg was geweest, drie uur en zo’n 50 km, en ik landde in een enorm veld. Kilometers van de weg af natuurlijk, dus ik was nog ruim een uur bezig met m’n spullen sjouwen, zodat ik in de schaduw langs de weg kon afbouwen.

02 januari 2013

Rij-dag



Een fijne rit van Newcastle naar Forbes met Conrad. Bloedjeheet wel. Onderweg zagen we een omgevallen truck, de achterwielen draaiden nog en de chauffeur stond rechtop in z’n gekantelde cabine. Conrad hielp hem eruit maar iemand riep dat er fuel lekte, dat vond ik nogal eng. Niks gebeurd en de chauffeur was niet gewond dus we reden door. Beter dan Fluffy en James, die hadden een motorrijder achterop dus ze hebben de halve middag op een politiebureau doorgebracht.
Morgen de laatste vliegdag in Forbes, en dan is het weer een dag rijden.

01 januari 2013

Nic



De hele dag bij Swiss Nic gezeten, gebabbeld, een complete doos tissues aangegeven. Hij is gewoon zichzelf, alleen kost het hem extreem veel moeite om te spreken. Hij houdt bijna voortdurend z’n ogen dicht en z’n korte termijn geheugen hapert. De hele wereld weet wat er met hem gebeurd is, terwijl hij zelf niet eens door heeft dat ie een ongeluk gehad heeft; daar wordt ie kwaad van. En hij wil absoluut niet naar Zwitserland worden vervoerd vandaag, hij wil in Australië blijven om te vliegen. 

6 januari
Inmiddels is Nic terug in Zwitserland, zonder de zware medicijnen die ze 'm hier gaven. Hij loopt rond, opent een biertje met een aansteker, en praat als zichzelf.

Oud en nieuw





Na een hele dag wachten of de wind misschien zou gaan liggen sprongen we om vier uur in de auto en reden in de bloedhitte, zonder bagage dus zonder bril telefoonlader deken iets-te-drinken naar Sydney. Als in een echte actiefilm reed Conrad om een roadblock heen, een enorm talud af, om de laatst overgebleven parkeerplaats in de hele stad te bezetten. Met onze supergoedkope verplichte zwemvesten renden we door de menigte, zweten zweten zweten  en alsmaar proberen te bellen, maar het kindervuurwerk begon en de boot was weg. Toen het vuurwerk over was konden we eindelijk Kath  bereiken. We klauterden in het stikdonker naar de kleine vuurtoren, waar Woolfie ons in een rubberbootje oppikte. Hij duwde de boot af en probeerde de motor te starten, maar dat lukte niet en ondertussen dreven we snel de haven op, volkomen stuurloos en zonder peddels. We seinden om hulp naar een politieboot, die ons streng toespraken maar daarna toch naar de boot sleepten. Daar lagen we midden op de haven, met perfect zicht op de brug, de opera en het spectaculaire vuurwerk, deinend op de golven met coole muziek en champagne en zoenen met Kathryn en Dave, James, Fluffy, Alex en vriendin, Jonas, Danish Stefan, Brad de eigenaar van de boot en nog een paar mensen. M’n telefoons waren toch leeg dus ik hoefde niet eens moeite te doen om mensen te bellen.
Nog even nagenieten van het vuurwerk, Brad bracht ons terug naar de vuurtoren, en om vier uur vannacht bereikten we Newcastle. Ik crashte in een willekeurig bed met de wekker op zeven uur. Dat was niet nodig geweest want bezoekuur is pas om elf uur en Nic wordt niet vandaag maar morgen naar huis gevlogen.
Het is bloedheet en op een onverwacht moment eind deze ochtend zal ik compleet crashen. We zullen zien.