03 januari 2013

Vliegen in Forbes



Ondanks het wachten op Matt, het omhelzen van de binnenstromende vrienden en bekenden, het gebrek aan tugs, werd ik al rond een uur of twaalf opgesleept. Ik vond één bel en driftte langzaam van het veld weg. Steeds raakte ik de bel kwijt en dan bleef ik net zo lang zoeken tot ik ‘m weer beet had, op die manier was ik bijna een uur zoet. Uitstekend, ik was behoorlijk tevreden met mezelf omdat ik niet als een kip zonder kop op koers ging, want dat zou vrijwel zeker uitzakken betekenen. Lesje van Gulgong. Toen ik de bel alsnog helemaal verloor stak ik terug naar het vliegveld. Ik landde redelijk dicht bij de startrij, iemand bracht me meteen een dolly en Vicki trok me direct naar de start. Binnen tien minuten na m’n landing hing ik alweer achter een dragonfly. De sleep was iets harder werken, een goed teken, en ik werd in een klein gaggletje afgezet zodat ik meteen door kon draaien tot 1800 meter. Deze keer ging ik wel meteen op koers: superlangzaam, rustig, elk belletje tot het plafond uitmelkend. Het plafond steeg gedurende de dag maar ik kwam nooit hoger dan 2000.
De radio gaf geen enkele sjoege, er waren geen wolken en andere vliegers waren in geen velden of wegen te bekennen. Nogal lastig en eenzaam, maar ik was dolgelukkig dat ik eindelijk weer eens een echte Forbesvlucht kon doen. Genieten van het uitzicht, concentreren op de termiek zonder zorgen over landingsterreinen, met een downwind taak.
Zo’n twintig kilometer van het vliegveld kwam ik ineens een grote groep tegen, gezellig dacht ik nog, maar ze vlogen de andere kant op. Kennelijk hadden zij hun taak al gerond.
Een stuk voor Marsden, het eerste keerpunt, besloot ik eerst de taak af te snijden en vervolgens om helemaal terug richting Forbes te vliegen, om de retrieve wat makkelijker te maken. M’n been deed erg pijn van het verkrampt in een strak harnas liggen. Altijd hetzelfde liedje: tegen de tijd dat ik me bewust word van de pijn heeft het weinig zin meer om te wiebelen en te ontspannen en trouwens dat ontspannen kan niet eens met lastige termiek. Ik besloot dat het genoeg was geweest, drie uur en zo’n 50 km, en ik landde in een enorm veld. Kilometers van de weg af natuurlijk, dus ik was nog ruim een uur bezig met m’n spullen sjouwen, zodat ik in de schaduw langs de weg kon afbouwen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten