Een jaar of twaalf, vijftien geleden waren Koos en ik met
Hans en Christine in Bassano, in september of oktober, en volgens Hans was het
een goed idee om in de Dolomiten te gaan vliegen. Dat was het zeker. We huurden
een jeep naar boven, startten van het kleine randje onder de kabelbaan en ik
zal toen een uur of anderhalf uur ofzo gevlogen hebben, boven de pieken van de
bergen en langs de gigantische rotswanden, het hele dal rond. Het was een
vlucht om nooit te vergeten, zo ontzettend schitterend en in mijn herinnering
ook erg makkelijk en ik moet toen met m’n litespeed probleemloos op het
grasveld in Campitello geland zijn.
Vandaag gingen we op tijd weg zodat we nog bij de 500 auto’s
hoorden die de pas over mogen zonder tol te betalen. Peter was nogal zorgelijk
over de harde wind en bijkomende turbulentie op het landingsveld. We bekeken
het officiele veld en ik besloot om niet te vliegen. Hobbels, hekjes, hoog gras
en hoge obstakels erom heen. Gelukkig liet hij twee kilometer verderop nog een
terrein zien, een enorm lang en vlak veld of eigenlijk aaneenschakeling van
veldjes, ideaal. We gooiden de vleugels op het gondelplatform en de enorme
groep Israelis werd bij de hekjes tegengehouden totdat wij onze vleugels
ingeladen hadden. Helaas mochten de toeristen vervolgens wel naar binnen
drommen, met een groot risico dat er iemand op de vleugels zou vallen. Nog
erger, een oud wijf maakte aanstalten om de stapel vleugels als trap te
gebruiken en ze liet zich niet makkelijk van dat idee afbrengen. Ik kon nog net
schreeuwend en tierend voorkomen dat een man z’n spitse wandelstokken in onze
vleugels zou steken, en bij iedere hobbel van de gondel dreigden er mensen om
te vallen. Doodeng. Na het uitladen moesten we een flink stuk sjouwen en de
Israelis dromden om ons heen, liepen in de weg, maakten een ongelooflijk kabaal
en hun begeleider ging met z’n microfoon lekker midden tussen ons instaan.
Ondertussen moesten we ons haasten om het slechte weer vóór te blijven. Al met
al geen erg rustige manier om op te bouwen.
Peter was vóór mij klaar en startte, en stom genoeg bleef ik
niet kijken waar hij omhoog ging maar startte ik hem direct achterna. En zakte
ver uit. Pas voorbij de gondel vond ik een klein beetje piep, en daar bleef ik
een kwartier werken maar al met al verloor ik toch enkele tientallen meters,
terwijl iedereen die na mij kwam tegen de wolken aangeplakt zat. Ik gaf het op
toen ik onder gondelhoogte zakte, en eindigde een half uurtje in het mooiste
vlieggebied op aarde met een perfecte landing. Jammer dan, niet weer boven die
indrukwekkende steenspitsen gedraaid, maar ik was toch heel blij dat ik opnieuw
in Campitello heb kunnen vliegen.
Scott kwam kort daarna aan, maar hij draaide zich om en
landde op het kleinere terreintje bij de auto dat door de locals de downtube
graveyard wordt genoemd. Later begreep ik dat hij een enorme overshoot had
gemaakt, zich tussen een auto en een paaltje de weg over gegierd had, en alleen
maar een upright kapot had. Peter kwam bij mij landen, deed een perfect circuit
en final, en flarede toen zo hard dat hij alsnog whackte en z’n basebar en
upright kapot had. Doggie landde bij Scott en dat kostte hem ook een upright,
en Viv landde weer perfect bij mij in het veld.
Terwijl we wachtten schoven we een paar vuilniszakken om de
harnassen en net toen alles op en in de auto’s lag begon het te gieten. Een uur
en twee dalen verder is het weer zonnig en heet. Vanavond eten we bij Markus
met.... Lon en Douglas!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten