16 augustus 2018

Laragne-Montéglin



Rijpe pruimen plokken op m’n tent en vleugels, ik hoop maar dat ze zacht genoeg zijn om geen schade aan te richten. Onder m’n hangmat is het een glibbertroep van pruimenpuree. Om me heen staat voorlopig nog niemand, hopelijk plempt niemand z’n tent op mijn plek of toch tenminste niemand die ik niet enorm leuk vind. Hypocriet, ik verlang terug naar de tijd dat er nog geen genummerde plaatsen waren en iedereen willekeurig z’n kleine sheltertje neerkwakte en zich hopelijk aan het eind van een week bij de receptie meldde om te betalen. Toen er nog ganzen rondscheten en overal kapotte stoelen rondslingerden, er geen schaduw was aan de rand van het landingsterrein en geen zwembad dus geen kinderen. Geen parapenters met hun enorme campers die de hele nacht staan te zoemen, toen iedereen nog kleine tentjes had of een VW-bus en er maar tien plekken met electriciteit waren. Maar tegelijk ben ik wel erg blij met de schone, ruime plekken met stroom en het ziet er echt beter uit nu er allemaal boompjes en struiken staan, en ik wil dus niet dat iemand middenop ‘mijn’ plek komt staan. Brad zal niet verhuizen omdat dat stom staat tegenover Enda, maar ik moest echt weg van Enda’s puberzoon die non-stop muziek of een game aan heeft staan en die rookt als je zit te eten en debiele opvattingen heeft als ‘mannen zijn gebouwd als jagers’ hahaha. Erg grappig als dat komt van een tv-kijkende snotneus.
Dat ik alle tijd en hulp had om te verhuizen komt doordat ik heel vroeg startte met m’n Fun gisteren, omdat de wind begon te draaien en het leek me een typische westenwind-en-dustdevil-dag te worden. Ik zakte wel keihard uit natuurlijk, maakte een mooie landing (west!) op noord en kreeg meteen een lift naar de camping van Niek. Daar trof ik Phil Lardner en Kristy, die me dus hielpen verhuizen waarna we een ontspannen lunch in het dorp deden. Toen we weer terugkwamen waren er toch een paar gestart uiteindelijk, tevreden piloten alom.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten